Stadsdichter neemt afscheid: ‘Ik ga alles missen’

Na drie jaar neemt stadsdichter Zoë van de Kerkhof afscheid van haar rol. In een openhartig gesprek vertelt ze over haar tijd als dichter van Leiden. Een periode die ze als intens, bijzonder en verrijkend beschouwt.

“Je leert de stad op een heel andere manier kennen. Voor mij was het nog niet klaar, maar na drie jaar moet je er toch een punt achter zetten”, zegt ze. Ondanks dat het stadsdichterschap stopt, blijft haar liefde voor de stad en de poëzie onverminderd groot.

Gedurende haar periode als stadsdichter schreef Van de Kerkhof over uiteenlopende onderwerpen: van historische wijken en lokale verhalen tot duurzaamheid en onderwijs. “Het is een rol die je constant uit je comfortzone haalt. Soms schrijf je over iets wat je na aan het hart ligt, soms over iets totaal nieuws, maar altijd met de stad als inspiratiebron.” Ze benadrukt hoe belangrijk het was om zich te verdiepen in de thema’s waarover ze dichtte. “Ik wilde niet zomaar iets opschrijven, ik wilde het echt begrijpen.”

Hoewel haar officiële titel als stadsdichter vervalt, blijft Van de Kerkhof actief in de poëziewereld. “Ik hoop dat ik mag blijven optreden en dat er altijd ruimte is voor mijn werk”, zegt ze. Als afsluiting draagt ze een gedicht voor, een liefdesbrief aan Leiden, waarin ze de stad omschrijft als een plek vol kennis, warmte en ontdekking. “Ik zal van Leiden blijven houden, zoals een mens van een stad kan houden.”

Op 14 april wordt de nieuwe stadsdichter gekozen.

Cultuur071: Zoë van de Kerkhof over het einde van de stadsdichtersschap.

Cultuur Leiden