Centrummanager: "Leiden moet kruideniersmentaliteit kwijt"

Leiden. Waar staat die stad eigenlijk voor? Volgens scheidend centrummanager Robert Strijk heeft het gemeentebestuur geen flauw idee waar het met de stad naar toe moet: “De gemeente zit te slapen, heeft geen visie en er heerst een kruideniersmentaliteit,” dat was de portee van zijn betoog afgelopen maandag tijdens het Politiek Café dat de VVD Leiden organiseerde in Restaurant De Branderij. Zo’n twee jaar geleden staken 19 grote partijen de koppen bijeen om Leiden ‘smoel’ te geven. Deze Stadspartners, verenigd in Citymarketing Leiden, hebben een duidelijke visie over waar Leiden over pakweg 10 tot 15 jaar moet staan. Strijk: “De wereld moet aan Leiden denken. Bij het organiseren van congressen en het kiezen van de vestigingsplaats van een bedrijf, maar ook als woonplaats of stad waar je graag wilt gaan studeren.”

De Stadspartners kozen als slogan ‘Leiden, Stad van ontdekkingen’, gekoppeld aan de twee sterke punten waarmee Leiden zich moet profileren: Kennis & Wetenschap en de cultuurhistorische waarde van de binnenstad. “Elke stad wil kennisstad worden, maar Leiden is het al. Dat moeten we uitbuiten,” aldus Strijk die daarvoor graag een veel grotere inbreng van het gemeentebestuur ziet: “Ik hoop echt op veel meer éénheid in het college dat nu gevormd wordt. En ook op veel meer begrip. Het is toch niet normaal dat je de Universiteit Leiden drie minuten inspreektijd geeft in een commissievergadering. En dat zo iemand dan ook nog een uur moet wachten voor hij z’n zegje mag doen. Dat doe je niet, met zo’n belangrijke partner voer je vooraf overleg.”

Dat de Stadspartners ambitieus zijn, blijkt wel uit alle plannen die de komende tijd gestalte moeten krijgen. Zo komt er een centraal Visitors Centre op de begane grond van de Kamer van Koophandel bij het centraal station. Strijk: “Met het grootste multimediascherm ter wereld. Alle Stadspartners betalen mee en kunnen daar informatie op kwijt.” Ook wordt onderzocht of er een nieuw huis-aan-huisblad kan komen. Het blad, waarvan enkele weken geleden een nulnummer is gedrukt, moet een hoger niveau krijgen dan de bestaande bladen, ook informatie in het Engels brengen en wekelijks in de bus vallen.

Citymarketing Leiden gaat de komende jaren heel gericht te werk als het om de promotie gaat. “We hebben gezegd ‘Leiden is de mooiste stad van holland’ en alle inspanningen die we doen moeten in dat plaatje passen,” aldus Strijk. “Koppel al die losse projecten nou eens aan elkaar. Laat de samenhang zien, zodat mensen ook snappen waarom de RGL belangrijk is, en een fietsenstalling onder het Stadhuisplein, en mooie lantaarnpalen.”

Evenementen spelen ook een belangrijke rol in de stadspromotie. Strijk: “Dan bedoel ik niet de Rijntaptoe. die is hartstikke belangrijk voor de sociale cohesie in de stad en moet ook beslist blijven. Maar het zegt niks over Leiden. Die muzikanten kunnen net zo goed in Deventer spelen.” De Stadspartners willen inzetten op grote evenementen die Leiden nationaal en internationaal op de kaart zetten. “Neem nu de Wetenschapsweek. Dan moeten we groots uitpakken, zodat niet Delft, maar Leiden in het Journaal zit.”

Dat lijkt nu nog ondenkbaar. Leiden heeft een potje van 70.000 euro per jaar voor alle evenementen samen. Dat is twee à drieduizend euro per evenement. “Daar doe je bijna niks mee. Bovendien kan je het grootste deel van die subsidie weer terugstorten in de gemeentekas voor allerlei vergunningen,” aldus Strijk die alleen al voor het Rembrandt Cultuurfestival een gemeentelijke bijdrage van 150.000 euro per jaar wil. “Een paar ton voor evenementen is echt peanuts op de totale begroting van de gemeente Leiden. Zulke evenementen zijn een instrument om Leiden te positioneren. Als je op zo’n manier bezig bent met de promotie van Leiden dan denkt dat echtpaar in Den Bosch heus wel aan ons. Nu niet.”

Datzelfde geldt volgens Strijk voor het bedrijfsleven: “Een tijd geleden zaten we om tafel met een aantal grote investeerders. We vroegen hen wat we moesten doen om in hun top 10 van aantrekkelijke steden te komen. Het antwoord was ‘Zie eerst maar eens in de top 20 te komen’. Dat zegt iets. Leiden is niet top of mind. Als je vraagt ‘waar denk je bij Leiden aan’ dan zeggen ze dat ze dan nergens aan denken. Ze hebben geen beeld bij Leiden en als ze nieteens aan je denken, zullen ze zeker niet in Leiden investeren.”

Speerpunten om dat tij te keren zijn: zorgen voor een goede bereikbaarheid van de stad en voldoende parkeerplaatsen. “Want als je hier wel kan komen, maar vervolgens je auto niet kwijt kunt, heb je nog steeds niks. We hebben berekend dat er 2700 parkeerplaatsen bij moeten.” Ook moeten er volgens Strijk veel meer grote winkelpanden beschikbaar komen. “Als je de Bijenkorf naar Leiden wilt krijgen, is er maar één pand geschikt en daar zit V&D in. Een oplossing kan het samenvoegen van winkelpanden zijn.” Naast de grote winkelketens zijn ook de kleine specialistische winkeltjes van belang voor Leiden. “Dat zijn de krenten in de pap. Maar je hebt wel de pap nodig. Iedereen vindt die kleine winkeltjes zo leuk, maar het geld geven we uit bij de grote ketens. Die winkels zijn niet voor niets zo groot.”

Hoewel Leiden de afgelopen jaren veel omzet zag wegvloeien, is het volgens Strijk nog niet te laat: “Er is 130 miljoen weggestroomd naar de regio. Dat is een derde van de totale bestedingen. Maar met een goed winkelaanbod en een bereikbare stad zijn er ook genoeg kansen. Er wonen 350.000 mensen op een kwartier rijden van Leiden. Die komen heus wel… als ze hier kunnen parkeren.”

Leiden