Donderdag 7 en vrijdag 8 februari vond in Leiden weer het jaarlijks terugkerend Stukafest (studentenkamerfestival) plaats. (Foto's: Emile van Aelst)

Stukafest bracht weer mooie optredens naar Leiden

Altijd handig: een fotograaf die alleen op donderdagavond kan en een verslaggever die alleen op vrijdagavond kan. Tel daarbij op dat precies die dagen de winter zich voor zou doen als herfst met voorspeld regen en veel wind, en de toon is gezet. Maar Stukafest krijg je dus niet kapot. Drie voorstellingen in studentenkamers, waarvan de eerste begint om 20.30 uur en de laatste eindigt om 23.00 uur. Om daarna voor de onverzadigbaren op donderdag in de Uyl en vrijdag in Gebr. de Nobel lekker door te feesten. Hoe ze het doen, doen ze het; maar Stukafest is zo’n festival waarvoor je blind kaartjes kunt kopen. Het is al jaren ‘gewoon’ goed. Ook de 2019-editie.

Kiezen
Het kiezen is een standaardprobleem bij grote(re) festivals. Op basis van wat ga je dat doen? Op bekendheid van de artiest? Dan is het vast druk en zie je iets wat je eigenlijk al kent. Op basis van genre? Muziek, dans, voordracht, theater? Op basis van locatie? Want Stukafest is ook een soort toegestaan voyeurisme in studentenhuizen en -kamers. Lastige keuzes. Toch lukte het dit jaar aan veel verschillende eisen te voldoen. En dat gebeurt niet vaak bij een festival. Drie rondes, drie voorstellingen.

Klein
De eerste voorstelling is TG Alles Valt die optreden in een zolderkamer aan de Langegracht. Meteen ook één van de kleinste kamers, zo te zien. Er kunnen ‘maar’ tien bezoekers in en de spelers hebben tussen haarkruin en plafond wel vijf centimeter ruimte. Maar ze staan dan ook allebei op een (wankel) krukje. Alles Valt heeft vast iets met film. Het verhaal wordt niet alleen verteld alsof het in een film gebeurt; er zijn ook echt filmische elementen zoals slow motion en “cliff hangers“. “Uiteraard” is het verhaal een metafoor. Maar om het publiek niet in onzekerheid te laten, leggen ze die uit “De vallende man staat voor alle wereldproblemen”. En heel interactief: het publiek mag/moet ook zelf aan een eigen wereldprobleem denken.

Filmisch
Het is voorstelling die goed gemonteerd, boeit. Humor, zij het soms wrange, is er in te vinden. Dubbele lagen en terloopse nadenkertjes. Zo wordt de overbuurvrouw beschreven; door de vrouwelijke acteur aan de hand van karaktereigenschappen, en door de man – er bot doorheen walsend – “ze was naakt”. Het is maar wat je belangrijk vindt. Of: terwijl de wereldproblemen naar een onvermijdelijke dood vallen, ziet een ijsverkoper dat gebeuren. Maar voordat hij de hulpdiensten kan bellen, tikt hij per ongeluk tegen de ijsverkoopbel en ziet zich gedwongen eerst ijs te gaan verkopen “zaken zijn zaken”. En uiteindelijk, om te voorkomen dat mensen het uiteenspatten moeten zien, worden er ooglapjes uitgereikt…. of nee, toch beter: verkócht. Wereldproblemen, we staan erbij, zien ze en willen ze ook weer niet zien, er niet te veel van weten.

Stuiteren
Gelukkig kan er een oude truc tevoorschijn worden getoverd: de deus ex machina, een (vaak onwaarschijnlijke) plotwending. Ook vanavond. De persoon valt niet dood, maar stuitert terug en vindt daar een tweede persoon die mee weer naar beneden stort, stuitert, en samen vinden ze er twee, vier, acht, zestien, tweeëndertig…. De problemen lossen niet op, maar worden meer. “Maar het publiek wil een happy end”. Dus vallen al die stuiterende personen één voor één dood “net als regendruppels (…) en zijn de problemen opgelost”. De voorstelling is voorbij voor je het doorhebt. In je hoofd zit dan wel die ene vraag ‘wat doe jíj? Kijk je weg? Of doe je iets?’.

Wallon
Zo’n vijf bewoners van het Hôpital Wallon aan het Rapenburg doen voor de eerste keer Stukafest. Het kan niet anders of in dat pand moet wel een kamer zijn te vinden om volgend jaar ook een Stukafest-act te ontvangen. Dat hebben ze in ieder geval wel toegezegd. Anna (27), sinds oktober de bewoonster van de zolderkamer, is wat dat betreft een goed pleitbezorger. Zij woonde aan het Noordeinde toen Stukafest haar toenmalige kamer daar gebruikte. Ze was verkocht.

Staan
Anna vertelt dat zij het “ook zo leuk vind te zien hoe voorstellingen in de loop van de avond kunnen veranderen”. Donderdagavond had zij een dansact te gast “waar de dansers ook het (lage) plafond zijn gebruiken”. Iets wat niet onopgemerkt bleef, want vlak voor de tweede rondevoorstelling – op de Hogewoerd – hadden toeschouwers daar het er nóg over. Op de Hogewoerd zou een dans-/jongleurs-/circusact te zien zijn. Die was er ook. Alleen had de start wat voeten in aarde: het speelvlak moest vrij zijn. Zittend op stoelen redden we het niet en dus werd het met z’n allen staan (of zitten ín de schouw). Ruimte is toch wel een dingetje.

Beweging
Liza van Brakel bracht echter wel weer iets nieuws in het programma, waarin ‘klassieke’ theaterdisciplines als muziek, zang en toneel vaak overheersen. Een combinatie van dans en jongleren; en dat in een kamer waar het stilstaande publiek het al warm had. Een voorstelling waarin niet een verhaal wordt verteld, maar waarin de schoonheid en de vloeiende beweging centraal staan. Of het nu appels, balletjes of kegels zijn. In zo’n kleine, warme ruimte gaat dat vanzelfsprekend nooit honderd procent goed. Dat neemt niet weg dat ook zij van begin tot eind boeide. En het publiek had na afloop zát vragen. Zo weten we nu dat ze ook werkt in een internationaal gezelschap van vijf jongleurs en vier dansers, dat de hele wereld over trekt; dat je je als zzp’er bij drie weken nietsdoen (onterecht) gaat afvragen “wat jíj verkeerd doet”; dat zij en haar collega een circus-beroepsopleiding volgden in Rotterdam; dat haar collega koorddanser is; “niet is doodgevallen”, maar soms wel zonder zekering werkt; en dat er verschil is tussen werken met staaldraad en touw. Een mooie voorstelling die ook echt als een theatervoorstelling eindigde: met een balletje tegen de lichtschakelaar. Black out.

Hoog
“Ga je mee naar Nico Dijkshoorn?” Na Liza van Brakel trokken er wat mensen richting de bekende nederlander. Misschien hadden ze een andere kant moeten opgaan. Naar de Morsweg waar bekende nederlanders in de maak, optraden: Pyn. Het is toch wel sterk. Een band – bas/gitaar, drums en toetsen – die het presteert te spelen op de vijfde(!) verdieping van het liftloze pand dat de prijs moet krijgen voor de beste puzzeltocht naar binnen en boven. Daar wacht een soort fusieruimte met ruimte voor een mens of dertig, een héél klein bar-ding en een fenomenaal uitzicht over de stad.

Belofte
Er zit heel veel in Pyn. Niet alleen zijn het alle drie aardige en toegankelijke jonge mensen – ja, dat is wat wáárd – maar ook de muziek die ze maken, is meer dan standaardpop. Waarom ze overal worden aangekondigd als “pop/disco van nu met een goed verhaal” is me een raadsel. Eerder moet de band worden vergeleken met britse vrouwenbands – sorry, drummer – als Warpaint, bands als The Hot Puppies. Het is combinatie van luistermuziek, soms funk, en nadruk op bas en ritme. Blijf dan maar ’s stilstaan. Dat lukte de meesten ook niet echt, alhoewel er ook – de moderne concertzaalplaag – door de nummers heen werd gepraat. Zelfs mét versterking: wat dóe je er dan?

Intiem
Pyn maakt toegankelijke muziek met een intrigerend mysterieus randje. In elk geval méér dan ‘pop/disco’. Wat succes bepaalt, blijft lastig. Als voorprogramma van Kim Wilde in Leiden hebben plots veel mensen hen gezien en gehoord. Vrijdagavond bleek dat de band in elk geval de aandacht had van zowel een paar gezinnen(?) en van jonge mannen. Zangeres Pien Breeuwsma zal dat effect vast hebben, maar uiteindelijk gaat het om de muziek. Het spelen in zo’n intieme setting als Stukafest bevalt haar wel “je krijgt veel terug. Als ze (het publiek, JvdS) er niet in zitten, zie je dat direct”. Een contrast met haar drummer, die liever een lichtgordijn voor zich heeft.

Gemist
En toch. Dan graaf je om 23.00 uur je fiets uit de enorme ongeorganiseerde hoeveelheid fietsen die als van nature bij een studentenhuis hoort, de avond een beetje herkauwend. En dan betrap je jezelf er tóch op dat je denkt: Maar hoe zou Sunday at Eight zijn geweest? Of theatergroep Tocht? Of Roel Pothoven? En de spreker bij Mensen Zeggen Dingen? En … Allemaal ‘gemist’. Gelukkig weet je dat je in een mensenleven meer mist dan meemaakt. En dit was een goede avond.

Cultuur Leiden Nieuws Reportage


Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden

E-mail
redactie@sleutelstad.nl

Telefoon Redactie
071 - 5235907

Privacy Policy

×