Van bijstand naar betaald werk loont in Voorschoten

Voorschotenaren die vanuit de bijstand weer aan het werk gaan komen niet meer terecht in een armoedeval. Als mensen met een uitkering weer aan het werk gaan vallen veel regelingen en toeslagen vaak weg waardoor ze onderaan de streep minder geld overhouden. Bij de gemeente Voorschoten lijkt er geen sprake te zijn van die armoedeval. Dat concludeert bureau KWIZ naar aanleiding van onderzoek naar de effecten van het minimabeleid.

Wethouder Werk en Inkomen Paul de Bruijn (VVD) in gesprek met verslaggever Lieuwe van Slooten

In het minimabeleid heeft de gemeente Voorschoten zich gericht op maatwerk. Er zijn aparte profielen gemaakt voor verschillende gezinnen. “Het maakt bijvoorbeeld uit of een gezin wel of geen kinderen heeft. Dat heeft invloed op onder meer de kindertoeslag”, zegt wethouder Paul de Bruijn (VVD) van Werk en Inkomen tegen Sleutelstad. “We hebben de regelingen op elkaar afgestemd zodat mensen die aan het werk gaan, meer over houden.”

Naast de financiële prikkel zijn veel mensen vanuit een sociaal oogpunt ook blij om weer aan de slag te kunnen. “Mensen die werken staan midden in de samenleving, zijn gelukkiger, hebben meer sociaal contact en meer kans op verdere ontwikkeling”, zegt De Bruijn die best trots is op de resultaten. Wel blijft hij ruimte voor verbetering zien. “Voor ons is het zaak om er bovenop te blijven zitten. Als de regelingen vanuit het rijk veranderen moeten we ons beleid daarop aan kunnen passen.”

Politiek Voorschoten