Deel dit bericht!  

Leiden krijgt miljoenen extra van het Rijk

De gemeente Leiden krijgt de komende jaren miljoenen extra van het Rijk. Dat blijkt uit de zogenoemde ‘meicirculaire’ waarin de Rijksoverheid een update aan gemeenten geeft over de ontwikkeling van de inkomsten die uit Den Haag verwacht kunnen worden. De aangepaste bedragen hebben te maken met een andere verdeling van het rijksgeld over de gemeenten.

Dit jaar krijgt Leiden ruim een miljoen minder via het Gemeentefonds overgemaakt, maar vanaf 2024 is er jaarlijks een plus. Zo gaat het volgend jaar om 670.000 euro meer dan waarmee eerder werd gerekend en in 2025 stijgt het voordeel naar 839.000 euro. In 2026 en 2027 gaat het respectievelijk om 1.364.000 en 2.119.000 euro. In totaal bedraagt het voordeel voor Leiden dus bijna vier miljoen.

“Maar dat gaat om eenmalig geld”, zegt wethouder North van financiën. Dat is uiteraard welkom, maar niet geschikt voor nieuw beleid. De twee miljoen die Leiden er structureel bijkrijgt via het Rijk is veel belangrijker. “Want dat komt elk jaar terug.” Overigens zet Leiden dat geld apart, want het is hard nodig om tegenvallers op te vangen, zoals een stijgende rente.

Wethouder North van Financiën over het extra geld dat Leiden via het Rijk krijgt.

Trap-op-trap-af
Tot en met 2025 geldt nog de methodiek dat wanneer de rijksuitgaven stijgen, het gemeentefonds evenredig meegroeit. Omgekeerd geldt hetzelfde: dalen de rijksuitgaven door bezuinigingen, dan daalt het gemeentefonds evenredig mee. Dit wordt de ’trap-op-trap-af-systematiek’ genoemd. Het kabinet wilde de groei van het gemeentefonds eerder met ingang van 2026 niet meer koppelen aan het totaal van de rijksuitgaven, maar aan het bruto binnenlands product. Inmiddels is duidelijk dat die wijziging een jaar later ingaat.

Vanaf 2026 is voor gemeenten naar verwachting structureel zo’n drie miljard minder beschikbaar voor het uitvoeren van gemeentelijke taken. De uitkering via het Gemeentefonds (accres genoemd) is vanaf 2027 te laag voor het opvangen van de autonome groei van de zorgtaken. Door het kabinet is nog niet aangegeven op welke beleidsterreinen minder inzet wordt verwacht van gemeenten.