(Foto: Jan Frensen)

Open azc dag Oegstgeest geeft inkijkje in leven in opvanglocatie

De open azc dag in Oegstgeest trok dit jaar ruim honderdvijftig nieuwsgierige omwonenden en belangstellenden. De regionale opvanglocatie in het Hoefijzergebouw in het dorp bood activiteiten, eten en drinken en rondleidingen voor iedereen die wel wilde weten hoe het eraan toe gaat in een opvanglocatie voor asielzoekers.

Op het plein voor het Hoefijzergebouw waren enkele kraampjes opgezet met hapjes uit onder meer Syrië, Afghanistan en Palestina. Iedereen kreeg drie consumptiebonnen voor een zoete of juist hartige hap. Op het terrein stonden een opblaasbare voetbalkooi en een voetbaldoel met gaten erin voor kinderen. Ook konden aanwezigen hun handen of armen laten versieren bij een hennatafel.


Locatiemanager Michèle van Duijn vertelt over de open azc dag in Oegstgeest.

Bezoekers konden in gesprek met bewoners van het azc en medewerkers. Of aansluiten in een danscirkel, waar vooral de bewoners van het azc hand in hand dansten op Arabische muziek. Maar ook de Oegstgeester wethouder Tim van Tongeren sloot aan.

Asielzoekers
In het azc in Oegstgeest wonen nu statushouders. Dat gaat binnenkort langzaam veranderen. De gemeenteraad van Oegstgeest stemde donderdag in met plannen die toestaan dat de locatie langzaam omgevormd wordt naar een opvanglocatie voor asielzoekers. Vanaf november worden de woonplekken van statushouders die uitstromen naar een zelfstandige woning, ingevuld door asielzoekers. Die wijziging wordt gemaakt om te voldoen aan de eisen uit de spreidingswet.

Locatiemanager Michèle van Duijn: “We zijn blij met de opkomst. Ik denk dat er ruim honderd bezoekers waren.” Van Duijn vertelt over de voorzieningen in het azc. “We hebben activiteitenruimtes, een sportruimte en een schoollokaal.” Dat schoollokaal is voor Nederlandse taallessen aan volwassen statushouders. Kinderen gaan eerst één à twee jaar naar een Internationale Schakelklas (ISK) om de taal te leren, en gaan daarna naar een normale school. “Statushouders krijgen ook trainingen en informatie, zodat ze weten wat ze te wachten staat.”

Afgedragen
Statushouders wonen samen, met hun gezin, of in het geval van alleenstaanden, met andere alleenstaanden van hetzelfde geslacht. Vaak worden mensen die dezelfde taal spreken bij elkaar gezet. De woonruimtes zijn onzelfstandig. Dat betekent dat badkamers en keukens gedeeld worden met meerdere kamers. Omdat de inwoners een status hebben mogen ze werken. Een groot deel van hen  doet dat ook. Wel moet een deel van het salaris afgedragen worden aan het COA, als vergoeding voor de woonvoorzieningen. Dat bedrag is niet hoger dan wat het COA daadwerkelijk uitgeeft aan voorzieningen voor de statushouder of diens gezin.

“Sommige mensen verbazen zich dat statushouders bijvoorbeeld fatbikes of een smartphone hebben”, zegt Van Duijn. “Maar een telefoon is een basisbehoefte en een van de weinige manieren om contact te houden met het thuisland. En fatbikes zijn soms nodig in verband met de afstand naar school en werk én tegenwoordig niet zo duur.” Die zaken worden dan bovendien zelf betaald. Andere vragen die Van Duijn vaak hoort van buurtbewoners zijn bijvoorbeeld: “Hoeveel mensen wonen hier, wat krijgen ze voor weekgeld, waar gaan de kinderen naar school?” Die vragen worden beantwoord met respectievelijk, maximaal tweehonderd, zeventig euro per week, en op het ISK of een normale school.

Van Duijn is tevreden met de dag. “Volgend jaar weer.”

 

 

Advertentie

Maatschappij Oegstgeest


Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden

E-mail
redactie@sleutelstad.nl

Telefoon Redactie
071 - 5235907

Privacy Policy

×