Harry Groen (links) en Henri Lenferink (rechts) wisten tijdens het eerste burgemeestersdebat niet echt te overtuigen (foto's: Chris de Waard).
Het eerste burgemeestersdebat in de campagne voor het referendum op 11 maart is vanavond bij studentenvereniging Catena zonder al teveel vuurwerk verlopen. Saai was het niet, maar echt spetteren deed het evenmin. Groen en Lenferink vielen elkaar vooral bij of vulden elkaar aan. Een rondje door het publiek gaf na afloop dan ook een apart beeld. Een groot deel van de aanwezigen gaf aan niet of blanco te zullen stemmen.
Onder diegene die al wel een keus hadden gemaakt, was Lenferink favoriet. Groen werd een beetje arrogant gevonden. Ook was hij wat al te enthousiast over cameratoezicht. Dat viel niet goed bij de meeste studenten. “Een echte regent,” vond iemand. Lenferink daarentegen werd breedsprakig gevonden. Ook termen als ‘vigerende bestemmingsplannen’ vond men niet zo aansprekend.
De avond begon gemoedelijk met een rondje voorstellen. Daarbij kregen beide kandidaten een paar keer de lachers op hun hand met aardige anekdotes. Zo verhaalde Lenferink over de tijd dat hij penningmeester werd van de gewestelijke PvdA: “Ik keek als laatste naar het plafond en was ineens penningmeester”. Groen, een gesjeesde priesterstudent, stopte al snel met het seminarie: “daar ben ik in overleg met de Heer mee gestopt”.
Lenferink beloofde Leiden veel waardevolle contacten, mocht hij burgemeester worden. “Als lid van het dagelijks bestuur van de VNG heb ik goede contacten. Arnhem heeft daarvan geprofiteerd en dat profijt zal Leiden ook hebben als ik word gekozen.” Maar ook daar zat het verschil niet tussen beide kandidaten. Groen zal Leiden op de goede momenten en op de juiste plek promoten.
De avond ging verder aan de hand van een aantal stellingen. “Garandeert de gemeente een kamer voor elke student?” Groen noch Lenferink kon dat toezeggen. Wel vonden ze allebei dat de gemeente voorwaarden moet scheppen. Lenferink wil verder dat leegstaande panden worden gebruikt voor huisvesting. “In Zuid-West staat al drie jaar een verzorgingstehuis leeg. Schandalig dat daar niks mee gedaan is.” Alletwee bleken na enige discussie met de zaal voorstander van het bekijken van de mogelijkheden voor legalisering van studentenpanden die nu gedoogd worden, maar eigenlijk niet in het bestemmingsplan passen. “Maar je mag nooit marchanderen met de veiligheid,” vond Lenferink. “Zeker niet! toen ik burgemeester van Landsmeer was, was onze brandweer betrokken bij de ramp in Volendam. Afwijken van de regels is onbespreekbaar,” deed Groen er een schepje bovenop. “Ik heb de pest aan gedogen, maar er is niets op tegen om pand voor pand na te gaan of de bestemming kan worden gewijzigd als het feitelijk gebruik als studentenhuis al vijf tot zeven jaar duurt.”
Leiden is geen Leiden zonder studenten; meer inspraak voor studenten dus! Deze tweede stelling bracht de kandidaten zo mogelijk nog dichter bij elkaar dan de vorige. Lenferink: “Ja. studenten horen bij Leiden en de universiteit is absoluut beeldbepalend.” Groen: “Dat is een open deur. Leiden zonder studenten, dat zou een noodlottige amputatie zijn.”
Over de inspraak denken de burgemeesterskandidaten wel anders. Zo vond Lenferink dat studenten, net als alle andere inwoners van Leiden, al genoeg inspraakmogelijkheden hebben: “Maak daar gebruik van!”. Groen kondigde aan om enkele studenten op te nemen in het burgerpanel dat hij als burgemeester wil instellen. Lenferink blijft bij zijn eerdere kritiek op dat panel: “Zo’n willekeurige club, da’s niks. Ik ga de stad wel in om met de mensen te praten.”
De derde en laatste stelling ging over veiligheid: “Ook de student wil veilig over straat kunnen.” Groen wil topprioriteit geven aan de bestrijding van gevoelens van onveiligheid: “Als overheid moet je daar echt alles aan doen en daarvoor heb je een hele hoop instrumenten” (preventief fouilleren, cameratoezicht, enz.). Lenferink vindt die harde aanpak overdreven. “Leiden is een relatief veilige stad vergeleken met andere middelgrote steden. Je moet dus wel waakzaam zijn, maar niet overreageren. Instrumenten zijn prima om echter de hand te hebben, maar je moet ze niet altijd inzetten.” Verder ziet Lenferink veel mogelijkheden in samenwerking met bijvoorbeeld woningcorporaties. “Die kunnen mensen die ernstige overlast veroorzaken uit huis zetten.”
Het debat werd afgesloten met een vragenrondje uit de zaal. Wat ze van het coffeshopbeleid vinden? Groen: “huidige beleid buitengewoon hypocriet.” Lenferink: “Oppassen dat je het niet teveel terugdringt, dan verplaatst het zich naar huiskamers en koeriers.”
En de nieuwe Aalmarktplannen? “Welke nieuwe? De nieuwe, de nieuwe nieuwe of de nieuwste nieuwe?”
Daklozen die op straat lopen te bedelen? Groen: “Ik ga daar niet over, dat is beleid van een wethouder. Spreek die er maar op aan als het fout gaat.” Dat was niet het antwoord dat de studenten wilden horen, maar Groen gaf het een paar keer maandagavond. “Ik ga geen loze beloften doen over zaken waar ik geen invloed op heb. Ook al zou me dat de verkiezing kosten (waar ik overigens geen rekening mee hou).” Lenferink ziet de speelruimte die een burgemeester heeft (of neemt) wat ruimer en gaf wel antwoord: “Sommige daklozen moet je verplicht behandelen. Je moet ze niet de vrijheid gunnen om zo te leven”.
Wat nou het verschil is tussen Groen en Lenferink? De laatste vraag van de avond leidde tot een verschil in bestuursstijl dat zich steeds duidelijker begint af te tekenen tussen de beide kandidaten: Een burgemeester voor de mensen of een burgemeester tussen de mensen.
Het laatste woord was voor de kandidaten:
Groen: “Harry Groen, gewoon doen!”
Lenferink: “Een burgemeester tussen de mensen”.
De komende week zijn er nog meer debatten tussen de kandidaten. Woendagavond in Cafe De Grote Beer, donderdag bij de Hogeschool Leiden, vrijdag bij Radio Holland Centraal (105.7), zaterdag in de Waag het Leidsch Dagblad-debat en eveneens zaterdag opnames in Restaurant Einstein voor TV West.
Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907