Kunstfraude legermuseum vele malen groter

De kunstfraude in het Delftse Legermuseum die in april aan het licht kwam, is veel groter dan aanvankelijk gedacht. Er zou niet voor 400.000 euro aan prenten, boeken en schilderijen zijn gestolen, maar voor twee tot vier miljoen euro. Mogelijk is het daarmee de grootste kunstfraude in Nederland. Dat blijkt uit een onderzoek van het tv-programma NOVA. In april kwam tijdens de reguliere vijfjarige controle van de boekencollectie aan het licht dat de 37-jarige oud-conservator A.P. uit Leiden verschillende historische objecten heeft ontvreemd uit de collectie van het museum en doorverkocht aan zijn buurman J. van W. Ook de antiquair IJ.M. heeft veel gestolen waar afgenomen.

De handelaar zegt in het tv-programma dat hij te goeder trouw heeft gehandeld. “Tegenover mij zei hij dat hij een grote kunstverzameling in Frankrijk had. Ik heb nooit geweten dat die printen gestolen waren”, aldus de antiquaar.

Bij het ontvreemden is A.P. ruw te werk gegaan. Veel prenten en kaarten zijn uit oude boeken gescheurd die daardoor beschadigd raakten. Een groot deel van de gestolen waar maakte ooit deel uit van de bibliotheek van koning Willem I. Justitie heeft een aantal van de kunststukken teruggevonden in het huis van de buurman van de hoofdverdachte. Met andere kopers wordt onderhandeld over teruggave.

A.P. moet maandag voor de rechter verschijnen. Zijn zaak zal waarschijnlijk worden aangehouden voor nader psychiatrisch onderzoek. Zijn buurman moet zich in november voor de rechter verantwoorden. Het onderzoek naar betrokkenheid van de antiquair loopt nog.