Leidse meester in de Breestraat

Leiden is een ‘museum’ rijker. De bekende Leidse kunstschilder Willem van Scheijndel is neergestreken in de Breestraat. Op nummer 117, een prachtig monumentaal herenhuis dat volgens bouwhistorisch onderzoek zelfs een van de allereerste stenen huizen in Leiden was, stelt hij een omvangrijke collectie eigen werk ten toon. De reden: Van Scheijndel zit dertig jaar in het vak. Voor de expositie heeft Van Scheijndel de beschikking over alle kamers van het pand dat de oud-testamentische naam ‘Goliath’ draagt. En dat is een leuke bijkomstigheid voor de de kleurenkunstenaar die zichzelf omschrijft als ‘eenling in het landschap van de hedendaagse schilderkunst’. Een kunstzinnige David dus, die Goliath aan zijn voeten heeft liggen.

Van de oude keuken, waar in vervlogen tijden de dienstmeisjes het eten voor de familie des huizes klaar maakten, via het statige trappenhuis tot de vroegere werkkamer van de laatste bewoner, hoogleraar Pieter de Kan, zijn alle vertrekken omgetoverd tot kunstzalen. Met werken van de schilder uit verschillende periodes. Van zijn doeken die in het Louvre in Parijs hebben gehangen, schilderijen uit zijn beroemde Taffeh-collectie die ooit ten toon is gesteld in het Rijksmuseum van Oudheden tot zijn allernieuwste creaties op aluminium.

Gisteravond is aan dat rijke oeuvre nog een nieuwe component toegevoegd: een documentaire over het leven en werk van de schilder van de Leidse filmmakers Miquel Gonzalez en Casper van der Kaaij: ’30 jaar passie voor schilderen’.

Over belangstelling heeft Van Scheijndel vooralsnog niet te klagen. Bezoekers van divers pluimage stappen zijn expositie binnen. En af en toe zitten daar wel hele vreemde vogels bij. “Toen we bezig waren met het ophangen van de doeken, wandelde er plotseling een eendenechtpaar naar binnen”, lacht Van Scheijndel.

De tentoonstelling is te bezichtigen op woensdag, donderdag, vrijdag en zaterdag van 10.00 tot 17.00 uur.

Cultuur Leiden