Geen terugvordering subsidies door topinkomens

Leidse instellingen die personeel in dienst hebben met een inkomen boven de Lenferink-norm (110.000 euro per jaar) hoeven zich vooralsnog geen zorgen te maken over hun subsidie. Dat blijkt uit antwoorden van de gemeente op vragen die de SP in oktober vorig jaar stelde. Die partij identificeerde 17 Leidse topverdieners bij het LUMC, de Universiteit Leiden, de Hogeschool Leiden, het ROC, verschillende woningbouwverenigingen, Activite en Libertas.

Volgens de gemeente zijn de meeste subsidies waarop de vragen van de SP betrekking hebben, aangevraagd in 2011. Toen was de Lenferink-norm nog niet vastgesteld. Bovendien heeft de gemeente met slechts vier van de genoemde instellingen een subsidierelatie. Dat zijn de universiteit, het LUMC, Activite en Libertas. Naast het lijstje van de SP komt de gemeente zelf nog met twee extra namen. Ook bij Brijder Verslavingszorg en GGZ Rivierduinen werken mensen met een salaris boven de norn.

De gemeente heeft de gesubsidieerde instellingen geïnformeerd over de Lenferink-norm en hen gewezen op de verlichting daar een passage aan te wijden in hun jaarverslag. Het eventueel terugvorderen van subsidies of het verlagen ervan, zal naar verwachting voor het eerst in 2014 plaatsvinden. Dan zijn de cijfers over 2013 pas bekend. Maar ook dan houdt het stadsbestuur een slag om de arm. Er zijn uitzonderingen mogelijk, waarbij er – ondanks het in dienst hebben van topverdieners – geen korting zal plaatsvinden. Bijvoorbeeld als zo’n korting ‘niet het gewenste effect’ zou hebben.