Al Hijra moskee reageert met afschuw op aanslag

Het bestuur van de Al Hijra moskee in Leiden reageert in een officiële verklaring met afschuw op de aanslag op de redactie van het weekblad Charlie Hebdo in Parijs. “Deze trieste gebeurtenis heeft diepe indruk gemaakt op de Leidse moslimgemeenschap,” aldus het moskeebestuur. Afgelopen vrijdag heeft ook de imam van de moskee – die nu nog is gevestigd in de Rembrandtstraat – openlijk zijn afschuw en ontzetting geuit.

Naast condoleances voor de nabestaanden komt het bestuur van Al Hijra met een oproep.: “Wij sporen alle gelovige burgers aan om een bijdrage te leveren aan een maatschappij waarin tolerantie, verdraagzaamheid en moreel gedrag in al haar geledingen vertegenwoordigd is.” Ook wordt iedereen opgeroepen om eventuele provocaties te negeren.

In de verklaring benadrukt het bestuur van de moskee dat de islam staat voor verdraagzaamheid en tolerantie: “Het beeld van intolerantie wordt slechts ingegeven door groepen en personen die religieuze teksten misbruiken. Wij keuren geen enkele daad van geweld goed.”

 

Op de verklaring komen vooral lovende reacties. Hoewel veel mensen vinden dat de moskee zich nergens voor hoeft te verantwoorden, is men in het algemeen toch blij met de verklaring die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat.

Fractievoorzitter Tomas Kok van de politieke beweging Groep Kok reageert ook. Kok is niet alleen raadslid, maar ook een van de grootste tegenstanders van de bouw van de nieuwe moskee in Leiden Zuid-West en de islam in het algemeen. Hij laat weten blij te zijn dat het moskeebestuur duidelijk afstand neemt. “Dat neemt overigens mijn bezwaren niet weg. De verklaring is niet namens alle bezoekers en contacten gedaan, niet namens degenen die de bewoners op de nieuwe locatie uitschelden en bedreigen, niet namens degenen die vijandige teksten in de wijk kalken, niet namens degenen die er wel gewelddadige passages uit de Koran prediken en niet namens de vertegenwoordigers van radicale organisaties die er zitten. Ik hoop dat de meerderheid kiest voor deze verklaring, hoewel onderzoeken uitwijzen dat het landelijk niet zo is.”

 

Leiden alhijra