Afgelopen donderdag werd in het Kamerlingh Onnesgebouw het boek “Macht verloren, gezag versterkt” van de Leidse emeritus-hoogleraar Joop van den Berg gepresenteerd. Het boek is een beschouwing over veertig jaar koningschap in Nederland. Tijdens een mini-symposium in de Rechtenfaculteit namen verschillende sprekers het koningschap onder de loep. Daarna overhandigde professor Van den Berg het ‘eerste’ exemplaar aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, mevrouw Ankie Broekers-Knol.
Verschillende columns en artikelen door Van den Berg geschreven over de rol en functie van het koningschap in het Nederlandse staatsbestel, zijn nu gebundeld en geven naast een goed inzicht in het koningschap ook een mooie kijk in de ontwikkeling van de ‘gematigde republikein’ Van den Berg. Metterjaren is hij overtuigd geraakt van het belang van de Koning als instituut, in wat door verschillende sprekers werd omschreven als “onze republiek met een erfelijk Koning”
Professor Luc Verhey, van het Montesquieu Instituut, leidde de middag in en introduceerde de verschillende sprekers. Oud-CDA-raadslid en universitair docent Geerten Boogaard beet het spits af met een verhandeling over het koningschap als staatsrechtelijk instituut: “over de Koning als totempaal en als praatpaal”, zoals Boogaard het zelf omschreef. Hij ging in op de verbindende functie van de Koning en zijn adviserende rol binnen de regering. Promovendus Gert-Jan Geertjens sprak over de tradities en conventies rond het koningschap en hoe deze zich verhouden tot het geschreven staatsrecht.
Aan het einde van het eerste deel van de middag sprak Herman Tjeenk Willink, oud-vicepresident van de Raad van State en oud-voorzitter van de Eerste Kamer, over de Koning in Europa. Hoe de vorst moet worden gezien in een veranderende EU, als symbool van de natiestaat of juist als symbool van een cultureel divers Europa. Tjeenk Willink merkte op “dat in Nederland het gebrek aan kennis, nonchalance en desinteresse met betrekking tot onze eigen staatsrechtelijke instituties schrijnend is”. Hierin lag volgens hem een veel groter gevaar voor de Nederlandse democratie dan de machtsverschuiving naar de EU.
Na de pauze volgde nog een debat en werd tot slot het boek overhandigd aan de voorzitter van de Eerste Kamer. Professor Van den Berg verklaarde in zijn toespraak waarom hij juist de voorzitter van deze Kamer had gekozen. Dit was omdat de Eerste Kamer in eerste aanleg, tot 1848, “le menagerie du Roi, de dierentuin van de Koning” was geweest waar de koning zijn naaste adviseurs had benoemd om zo de onvoorspelbare Tweede Kamer in bedwang te kunnen houden.
Ook was er een persoonlijke reden voor Van den Berg om het eerste boek aan Broekers-Knol te willen uitreiken: ze waren ooit collega’s aan de Leidse Universiteit en in Eerste Kamer. Bovendien leek het lastiger om de koning naar Leiden te halen. Toch bleek uit het dankwoord van Broekers-Knol een niet nader genoemde inwoner van Wassenaar, dankzij de snelle levering van Bol.com, toch het eerste exemplaar te hebben ontvangen.
Professor Joop van den Berg was hoogleraar in Leiden en Maastricht en is verbonden aan het Montesquieu Instituut. Ook werkte hij voor de Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van de PvdA. Voor deze partij was hij eveneens Eerste Kamerlid. Hij begon zijn carrière als journalist.
Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907