Deel dit bericht!  

Opluchting overheerst bij Lakenhal-directeur

Directeur Meta Knol van Stedelijk Museum de Lakenhal is vooral opgelucht dat het college van burgemeester en wethouders ervoor kiest om extra geld beschikbaar te stellen voor de renovatie en uitbreiding van ‘haar’ museum. “Maar we leven nog wel tussen hoop en vrees,” voegt ze er aan toe. Want op 11 oktober moet de Leidse gemeenteraad nog wel instemmen met het nu voorliggende plan waarvoor 3,2 miljoen euro extra nodig is. Knol: “De raad heeft het laatste oordeel om in Lakenhal-termen te blijven.”

Chris de Waard zocht Meta Knol op in de Lakenhal en sprak met haar over de aangepaste plannen voor de renovatie en uitbreiding van het museum.

Door de getroffen maatregelen heeft de Lakenhal nu zo’n 15% op de oorspronkelijke plannen bezuinigd. Dat gaat ten koste van de renovatie van de tweede verdieping van het bestaande gebouw. Daar zou onder andere een universiteitskamer worden ingericht. Het stedelijk museum wilde daar in een aparte ruimte aandacht besteden aan de geschiedenis van de Universiteit Leiden. Dat gaat nu niet door.

Ook komt er geen natuurlijk bovenlicht in de expositiezaal. “Maar dat kan later wel alsnog,” zegt Knol. Het museum gaat overigens ook volop door met fondsenwerven en hoopt zo alsnog een aantal nu geschrapte zaken alsnog uit te kunnen voeren.

Als de raad op 11 oktober instemt met de aangepaste plannen, kan het museum nog net op tijd weer open om volop mee te draaien in het Rembrandtjaar dat in 2019 in Nederland wordt gevierd. Het is dan 350 jaar geleden dat de schilder overleed. De afgelopen maanden heeft de Lakenhal intensief overlegd met het Rijksmuseum in Amsterdam en het Ashmolean Museum in Oxford. Van die musea zou Leiden een aantal belangrijke schilderijen van de Jonge Rembrandt in bruikleen krijgen en het was niet vanzelfsprekend dat dat een jaar later ook nog wel kon. Maar het is uiteindelijk gelukt.