Deel dit bericht!  

Gemeente Leiden kiest voor integrale aanpak fietsparkeren

Het beleid van de gemeente Leiden om meer mensen vaker te laten fietsen is zo succesvol dat de ambities voor 2020 nu al zijn gehaald. “Dat is op zich goed nieuws,” schrijft wethouder Robert Strijk in een brief aan de raad. Maar het stelt de stad ook voor problemen. Met name op het gebied van fietsparkeren in het centrum en bij de stations Leiden Centraal en Leiden Lammenschans.

Chris de Waard in gesprek met wethouder Strijk over de toenemende druk op de openbare ruimte door de snelle groei van het aantal fietsen.

Naast het stimuleren van fietsgebruik door de gemeente spelen er meer ontwikkelingen een rol bij de toename van het aantal fietsen in de stad. De universiteit groeit en daarmee het aantal studenten in Leiden. Ook komen er steeds meer particuliere initiatieven voor het inzetten van deelfietsen. Ook die moeten een plek krijgen in de stad.

Strijk constateert in zijn brief dat de ambtelijke organisatie er tot op heden niet goed in slaagde om adequaat te reageren op vragen rond het fietsparkeren. Het beleidsveld is versnipperd, waardoor binnen de gemeentelijke organisatie niet duidelijk is wie waarvoor verantwoordelijk is. “Daardoor komt het niet tot oplossingen en de uitvoering daarvan,” schrijft Strijk.

Het probleem wil de wethouder tackelen door het aanstellen van een fietsparkeermanager die de grote lijnen kan uitzetten en zorgt voor een integrale aanpak voor het oplossen van de fietsparkeerproblemen. Het geld voor de invulling van die fietsparkeerorganisatie is voor de korte termijn beschikbaar, omdat de nieuwe fietsenstalling onder de nog te realiseren AH Supermarkt aan de Breestraat later wordt opgeleverd. Dat scheelt geld, want fietsparkeren levert de gemeente geen inkomsten op, maar wel kosten.

In de nieuwe organisatiestructuur wordt volgend jaar werk gemaakt van het in beeld brengen van het fietsparkeerprobleem in het centrum en het aandragen van mogelijke oplossingen. Ook het fietsparkeren bij de twee treinstations wordt onder de loep genomen, evenals het uitbreiden van fietsparkeervoorzieningen in woonwijken.