(Beeld: Omroep West, tekst Omroep West / Rob Vlastuin).

Wereldberoemde Chinees-Amerikaans auteur uit Voorschoten komt met derde bestseller

Schrijfster Jean Kwok, geboren in Hong Kong en opgegroeid in New York, is met drie bestsellers en meer dan een half miljoen verkochte boeken een bekendheid in de Verenigde Staten. Door de liefde woont ze alweer zo’n twintig jaar in Voorschoten, samen met haar Nederlandse man en hun twee kinderen. Morgen verschijnt de Nederlandse vertaling van haar derde boek, de bestseller Searching for Sylvie Lee. In het Nederlands vertaald als De Perfecte Zus.

(Video: mediapartner Omroep West).

De Perfecte Zus is het spannende, maar tegelijkertijd aangrijpende verhaal over de mysterieuze verdwijning van de Chinees-Amerikaanse Sylvie. Als zij op bezoek is geweest bij haar stervende oma in Nederland keert zij niet meer terug naar New York en gaat haar jongere zus Amy, die enorm opkijkt tegen de briljante en succesvolle Sylvie, op zoek naar haar.

Tijdens Amy’s zoektocht wordt de lezer deelgenoot van de problemen waar de Chinees-Amerikaanse familie in een vreemd land tegenaan loopt: armoede, discriminatie, taalbarrières en generatie- en cultuurverschillen. Bovendien wordt een groot familiegeheim onthuld. Grote vraag: wat is er gebeurd met Sylvie? Is ze tijdelijk ondergedoken? Verongelukt? Mogelijk zelfs vermoord? Of heeft ze, zoals de Nederlandse politie stug volhoudt, zelfmoord gepleegd?

Eigen ervaring
De nieuwe roman speelt zich voor een groot deel af in Nederland. De mysterieuze verdwijning van Sylvie is losjes gebaseerd op de echte vermissing van Jean Kwok’s oudere broer Kwan: “Het kloppende hart van dit boek is echt het verdwijnen van mijn broer.” Als Kwan niet komt opdagen tijdens Thanksgiving Day in november 2009 gaan bij Kwok alle alarmbellen af. “Hij was een heel verantwoordelijk iemand. Hij was niet iemand die niks van zichzelf zou laten horen.”

Omdat de de vermissing niet serieus wordt genomen, gaat Jean zelf op onderzoek uit. Via een goede vriend van Kwan komt ze er uiteindelijk achter dat haar broer een vliegtuigje wilde kopen in Texas: “Maar weet je hoeveel vliegvelden er zijn in Texas? Honderden! Het is de slechtste staat om in te verdwijnen. En dan vraag je je af: Is er iets gebeurd voordat hij het vliegtuig kocht? Was hij opgelicht? Hebben ze hem geld afgenomen? Of was hij ontvoerd vanwege zijn werk? Hij was wetenschapper voor de overheid. Daar waren we ook bang voor. We wisten het niet.”

Vliegtuigongeluk
Omdat ze niet verder komt met het onderzoek, breekt ze in op Kwan’s e-mailaccount en achterhaalt ze op welk vliegveld hij is geweest en dat hij daar met het nieuwe vliegtuig is vertrokken naar zijn woonplaats in West-Virginia. Dankzij het signaal van zijn mobiele telefoon, en na weken zoeken met vrijwilligers, weten ze het neergestorte vliegtuig te traceren: “We kwamen er achter dat hij vloog in de nacht. Hij was in de bergen, met heel veel bomen. Er kwam een storm aan, waardoor hij lager moest gaan vliegen. Waarschijnlijk sloeg de vleugel tegen een boom aan en is hij gecrasht.”

Het verwerken van dit tragische ongeluk in haar nieuwste roman werkt voor Kwok niet alleen therapeutisch, zij ziet het ook als een ode aan haar overleden broer: “Ik heb het gevoel dat mijn broer doorleeft in het boek. Hij zit echt in het personage van Sylvie. Daardoor heb ik het gevoel dat hij nog doorgaat.”

Armoede
Een ander belangrijk gegeven uit het leven van Kwok dat wordt gebruikt in De Perfecte Zus is de armoede waarin zij is opgegroeid. Op vijfjarige leeftijd emigreert zij met haar ouders van Hong Kong naar New York. De leefomstandigheden zijn erbarmelijk: “We woonden in een appartement dat zo uitgewoond was, echt vol met ratten en kakkerlakken. Het ergste van allemaal: er waren wel radiators, maar de centrale verwarming deed helemaal niks. De ramen waren ingegooid met stenen, nooit gemaakt. Met temperaturen van min twintig was het niet makkelijk. We hebben het eigenlijk alleen maar overleefd door de oven te gebruiken. Die hadden we de hele dag aanstaan. Voor een beetje warmte.”

Omdat haar ouders zich geen oppas kunnen veroorloven neemt haar vader haar na schooltijd mee naar de kledingfabriek in Chinatown. Vijf jaar oud, en dan al aan het werk. Tot negen, tien uur ’s avonds worden zij en haar familie uitgebuit: “Wij verdienden toen een dollarcent per kledingstuk op de fabriek. Dus 100 stukken voordat wij een dollar hadden.”

Cadeau
Om het hoofd boven water te houden klust haar negen jaar oudere broer Kwan tot diep in de nacht bij in de horeca. Hoewel er geen geld is voor iets extra’s, verrast hij haar kleine zusje met een cadeau. Geen Barbie-pop, waarvan ze droomt, maar naar het lijkt een boek. Als ze het cadeaupapier heeft uitgepakt begrijpt ze er niets van. De pagina’s zijn onbeschreven. Ze reageert geschrokken: “Ik hield zoveel van lezen. En ik deed het open en ik zei Kwan, het boek is leeg, het is kapot. Je moet het terugsturen.”

“Maar hij zei: ‘Nee, nee, nee, dit is een dagboek, hier schrijf je je eigen woorden in.” En dat was voor mij zo’n belangrijk moment, om te denken, hier kan ik mijn eigen woorden neerzetten en hier kan ik een beetje overdenken wie ik ben, wat ik doe en waar ik hoor in dit vreemde land. Op dat moment begon ik te schrijven.”

Liefde
Op haar reis door Midden-Amerika leert de backpackende Kwok haar Nederlandse echtgenoot en inmiddels vader van haar twee zonen kennen. Ze ontmoeten elkaar op het strand van Honduras: “Het is liefde op het eerste gezicht.” Noodgedwongen, vanwege hun studies in de Verenigde Staten of Nederland, hebben ze de eerste drie jaar een lange afstandsrelatie. Daarna kiest ze opnieuw voor een ander land en wordt voor de tweede keer een migrant: “Het was een cultuurschok. Ik sprak natuurlijk geen woord Nederlands. Ik wist niet hoe dingen hier werkten.”

Het is dan ook het eerste wat ze zich voorneemt: de taal leren. Want als Jean iets duidelijk is geworden van haar jeugd in Amerika dan is het dat je de taal eigen moet maken. ‘Ik vond dat heel erg belangrijk om te doen. In Nederland spreekt iedereen perfect Engels. Maar dat doet er niet toe, je moet toch de taal leren. Want anders kun je nooit echt een deel uitmaken van waar je woont.”

Buitenstaander
Hoewel ze zich hier thuis voelt en Nederland een fantastisch land vindt, blijft ze zich toch altijd een beetje een buitenstaander voelen. Het is het typische lot van een migrant: “Ik kijk toch met een ander oog dan een Nederlander. Maar dat heb ik ook in Amerika. Ik hoor eigenlijk nergens echt bij, omdat ik van land naar land ben gegaan. Ik zie dingen op een andere manier omdat ik hier niet ben opgegroeid.”

Zo schrijft ze in haar nieuwste roman over discriminatie in Nederland. “Over hoe het is om Aziatisch te zijn in een heel wit dorp. Om dingen te beschrijven die mensen niet beschouwen als racistisch, maar die je toch heel erg kunnen kwetsen. Bijvoorbeeld het liedje Hanky Panky Shanghai. Je zingt het als kind, je denkt er niet veel over na, maar als de tijd komt om iemand die Chinees of Aziatisch is te beledigen, dan gaan ze dingen zeggen als dat je kan niet goed zien met je kleine spleetogen. Ik vind het goed om daar discussie over te hebben. Dat het gemeld wordt, dat mensen het zien.”

Donker woud
Hoe moeilijk het is om elkaar te begrijpen en te kennen is het centrale thema in De Perfecte Zus. “Hoe goed ken je de mensen waarvan je het meest houdt? En wat gebeurt er als een taal- en een cultuurverschil tussen zit? Hoe makkelijk is het om elkaar uit het oog te verliezen?”

In het boek wordt een quote aangehaald van de Amerikaanse schrijfster Willa Cather: “Het hart van een ander is als een donker woud, hoe dicht het ook bij het eigen hart is geweest.” Het vat het boek volgens Jean kernachtig samen: “Het boek draait om de vraag: Hoe goed kennen we elkaar? Hoe is het als je heel veel van iemand houdt en eigenlijk een heel groot geheim heeft?”

Advertentie

Cultuur Voorschoten


Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden

E-mail
redactie@sleutelstad.nl

Telefoon Redactie
071 - 5235907

Privacy Policy

×