De Historische Vereniging Oud Leiden (HVOL) heeft de vijf genomineerde publicaties en activiteiten bekend gemaakt die in aanmerking komen voor de Oud Leidenprijs. De vijfjaarlijkse prijs wordt uitgereikt op zaterdag 5 november tijdens de jubileumdies van de HVOL in de Hooglandse Kerk.
Leden en niet-leden van HVOL kunnen vanaf nu een stem uitbrengen op een van de genomineerden voor de publieksprijs. Stemmen kan tot en met 30 oktober via www.oudleiden.nl/stemformulierpublieksprijs. De nominaties zijn uitgekozen door een onafhankelijke jury onder voorzitterschap van Rogier van der Sande.
Naast de publieksprijs, rijkt de HVOL ook de Oud Leiden onderzoeksprijs uit. Daarop kan niet worden gestemd.
Publieksprijs
Onno Blom’s biografie ‘De jonge Rembrandt’ uit 2019 is de eerste genomineerde publicatie. “Een goed geschreven boek over een bekend onderwerp. Maar dan op een manier waardoor niet alleen de hoofdpersoon, maar juist ook de toenmalige stad en samenleving tot leven worden gebracht”, zo licht de jury de voordracht toe.
Van Rembrandts jeugd weten we weinig tot niets. Het intiemste wat we van hem hebben is zijn werk, dat ook in die vroege jaren al verbluft door de experimentele stijl, de intellectuele diepgang en, vooral, de menselijkheid. Voor zijn portret van de kunstenaar als jonge man heeft Onno Blom zich verdiept in de wereld, het land, de stad, de steeg en het huis waarin Rembrandt in 1606 werd geboren en de eerste vijfentwintig jaar van zijn leven doorbracht.
Leiden, met haar jonge universiteit, immigrantenstroom en bloeiende lakenhandel, bood Rembrandt de kans om zichzelf uit te vinden. Hoe deed hij dat? Werd hij een geniale kunstenaar door de genius loci, de geest van Leiden, zijn familie, zijn leermeesters, opdrachtgevers, concurrenten, collega’s en vrienden? Of was zijn ontwikkeling als kunstenaar een hoogstpersoonlijk, eigenzinnig avontuur? Hoe werd Rembrandt Rembrandt?
Ook de tweede nominatie betreft een biografie. Het boek ‘Goeie Mie. Biografie van een seriemoordenares’ werd in 2019 geschreven door Stefan Glasbergen. “Goeie Mie kom je veel tegen in Leiden (boek, podcast, gin, …). Maar in deze historische vertelling wordt het bijzondere verhaal van deze vrouw goed en boeiend uitgewerkt in de context van de stad en die tijd.”
Maria Catharina Swanenburg (1839-1915), ook wel bekend als Goeie Mie, is de grootste seriemoordenares in de Nederlandse geschiedenis. Tussen ca. 1864 en 1883 vermoordde ze tientallen familieleden en buurtgenoten met arsenicum. Haar misdaden kwamen pas in december 1883 aan het licht.
In deze biografie ontdoet Stefan Glasbergen Goeie Mie van enkele mythes. Dat ze op haar slachtoffers begrafenisverzekeringen afsloot en daarmee geld incasseerde, staat buiten kijf. Maar dit boek vertelt ook het andere verhaal: over een meisje dat opgroeit in de armste buurten van Leiden, achtervolgd door ongeluk. Op basis van nieuw onderzoek en nieuw beschikbaar gekomen materiaal vertelt Glasbergen over hoe en waarom ze aan het moorden sloeg, over haar strafproces en de vele jaren die ze in gevangenschap doorbracht.
De podcastserie ‘Leidse onruststokers’ die Fenna IJtsma en Mariska van der Veen in 2020 maakten is de derde kanshebber op de Oud-Leidenprijs. “Een goed gemaakte podcastserie waarin veel verschillende historische verhalen op een hedendaagse manier worden verteld en vormgegeven. En gelukkig komen niet alleen de voor de hand liggende onderwerpen aan de orde.”
In de afleveringen behandelen de makers steeds een andere Leidse onruststoker, een figuur die Leiden in het verleden op zijn kop heeft gezet. Tijdens het vertellen van een verhaal lopen ze door Leiden heen. “Er is echt veel gebeurd in Leiden. Als je kijkt naar de grootte van Leiden lijkt het maar een provinciestadje, maar als je de verhalen hoort die zich hier hebben afgespeeld lijkt het wel een wereldstad”, zeggen de makers.
Leiden trok in de geschiedenis al grote namen zoals Rembrandt en Einstein. ‘Ondanks dat we allebei geschiedenis hebben gestudeerd, wisten we nog weinig van deze geschiedenissen van Leiden’, zeggen ze. ‘Toch zijn het verhalen die verteld moeten worden, omdat ze geschikt zijn voor het grotere publiek, voor de Leidenaar met interesse in geschiedenis.’
Frits van Oosten schreeft in 2017 het boek ‘De stad en de wethouder. Hoe Cees Waal de binnenstad van Leiden vernieuwde’. Het is nominatie nummer vier. “Een boek over de ontwikkeling van stedelijk verval tot wederopbloei. Een metamorfose die bepalend is geweest voor het Leiden van nu. Een vlot geschreven boek over de relatief recente historie van een Leids stadsbestuurder en de stadsvernieuwing.”
Eind jaren ‘60 is de binnenstad van Leiden ernstig in verval geraakt. Het stadsbestuur ziet begin jaren ‘70 geen kans om de verpaupering tegen te gaan. Een draconisch wegenplan zou de binnenstad onherkenbaar hebben veranderd, maar geldgebrek voorkomt deze ramp. Als in 1974 een links college aantreedt, gaat het roer definitief om. Een keerpunt in de geschiedenis van Leiden. Sleutelfiguur daarbij is PvdA-wethouder Cees Waal. Zijn visie en daadkracht leiden tot weerstanden en ruzies, maar ook tot resultaten. Hij maakt naam met het grootste stadsvernieuwingsgebied van het land. Vele foto’s tonen aan dat de verloedering een halt is toegeroepen, al zijn niet al zijn beslissingen gelukkig geweest. Leiden werd monumentenstad en behield uiteindelijk een van de mooiste binnensteden van ons land.
De vijfde en laatste nominatie is geen publicatie, maar een serie theaterstukken. In de periode 2017-2021 trok PS|theater door Leiden met hun Stadsvoorstellingen. “De afgelopen jaren is dit gezelschap nog meer vergroeid geraakt met de stad Leiden. Voorstellingen over actuele thema’s worden afgewisseld met historische verhalen en hebben een hoge kwaliteit.”
PS|theater is het stadsgezelschap van Leiden dat, onder artistieke leiding van Pepijn Smit, theaterproducties maakt over hoe we nu in de stad samenleven. PS|theater speelt voorstellingen op unieke plekken in de stad: van de Pieterskerk tot De Kooi en van Begraafplaats Groenesteeg tot Park Matilo. Bij de voorstellingen maakt men kennis met verhalen over de stad en over stadsgenoten die men nog niet eerder hoorde. De stad is het onderzoeksgebied, werkterrein, podium en partner van PS|theater. Het gezelschap heeft inmiddels een grote serie activiteiten ontwikkeld en biedt ook ruimte aan jongeren om hun creatieve talent te ontwikkeling bij PS|jong.
Genomineerden voor de Onderzoeksprijs
Frits Berends en Dirk van Delft, Lorentz. Gevierd fysicus, geboren verzoener, Amsterdam 2019 (uitg.: Prometheus – 2020/2e druk)
Hendrik Antoon Lorentz (1853-1928) is, samen met Christiaan Huygens, Nederlands grootste natuurkundige. Geboren in Arnhem, waar hij in splendid isolation het elektron bedacht, werd hij op 24-jarige leeftijd hoogleraar theoretische natuurkunde in Leiden. Na zijn Nobelprijs van 1902 groeide Lorentz uit tot internationale coryfee. Zijn elektronentheorie stond op gelijke hoogte met Einsteins relativiteitstheorie. Met zijn diepe inzicht, innemende karakter, tact en talenkennis was Lorentz de ideale voorzitter van de wereldberoemde Solvay Raden in Brussel.
Diezelfde gaven benutte hij in en na de Eerste Wereldoorlog als onvermoeibaar verzoener. Lorentz, begenadigd popularisator, was getuige van de revolutionaire overgang van klassieke naar moderne natuurkunde. Als voorzitter van de Zuiderzeecommissie rekende hij persoonlijk de loop van de Afsluitdijk uit. En in de internationale commissie voor intellectuele samenwerking, de voorloper van Unesco, diende hij de wereldvrede. Lorentz. Gevierd fysicus, geboren verzoener brengt een groots en rijk leven – ‘een kunstwerk’, vond Einstein – op toegankelijke wijze in beeld. Een leven dat eindigde met een meer dan indrukwekkende uitvaart in Haarlem, als ware het een staatsbegrafenis. Frits Berends (1938) is emeritus hoogleraar theoretische natuurkunde in Leiden, heeft diverse publicaties over Lorentz op zijn naam staan en is medeauteur van een boek over de eerste Solvay Raden. Dirk van Delft (1951) is oud-directeur van Rijksmuseum Boerhaave en won met zijn biografie/proefschrift over Heike Kamerlingh Onnes in 2005 de NWO Eurekaprijs voor wetenschapscommunicatie.
Jaap W. Focke, Machseh Lajesoumim. A Jewish Orphanage in the City of Leiden, 1890-1943, Amsterdam 2021 (uitg.: Amsterdam University Press)
Het Joodse Weeshuis in Leiden was het laatste van acht van dergelijke tehuizen dat vóór de Tweede Wereldoorlog in Nederland zijn deuren opende. Na bijna 39 jaar in een oud en volstrekt ontoereikend gebouw in het centrum van Leiden te hebben doorgebracht, was de ingebruikname in 1929 van een gloednieuw gebouw, dat op de voorkant staat afgebeeld, het begin van een opmerkelijk productieve en voorspoedige periode. Het gebouw staat er nog steeds.
Helaas duurde de relatief gelukkige periode nog geen veertien jaar. Op woensdagavond 17 maart 1943 sloot de Leidse politie in opdracht van de Duitsers het weeshuis en leverde 50 kinderen en negen personeelsleden af bij het station van Leiden, vanwaar zij naar doorgangskamp Westerbork in het noordoosten van het land werden gebracht. Twee jongens werden uit Westerbork vrijgelaten dankzij de onvermoeibare inspanningen van een buurvrouw in Leiden; één jonge vrouw overleefde Auschwitz en één jong meisje ontsnapte via Bergen-Belsen naar Palestina. De overige 55 werden gedeporteerd naar Sobibor – en niet één van hen overleefde het.
Ongeveer 168 kinderen woonden tussen augustus 1929 en maart 1943 in het nieuwe gebouw. Dit boek reconstrueert het leven in het weeshuis aan de hand van de vele verhalen en foto’s die zij ons nalieten. Het is opgedragen ter nagedachtenis aan hen die in de Holocaust zijn omgekomen, maar ook aan hen die overleefden. Zonder hen had dit boek niet geschreven kunnen worden.
Kees Schuyt, R.P. Cleveringa. Recht, onrecht en de vlam der gerechtigheid, Amsterdam 2019 (uitg.: Boom)
De toespraak die de Leidse hoogleraar Rudolph Pabus Cleveringa (1894-1980) op 26 november 1940 hield tegen de Duitse bezetting, is uitgeroepen tot debelangrijkste Nederlandse redevoering van de twintigste eeuw. Hij besloot openlijk te protesteren tegen de nazi’s, nadat die zijn leermeester Eduard Meijers hadden ontslagen omdat hij Joods was. Cleveringa sprak de studenten op beheerste toon toe en daags erna werd hij, precies zoals hij had verwacht, door de Sicherheitsdienst opgepakt en gevangengezet.
Deze grondig gedocumenteerde biografie gaat voor het eerst in op de gehele levensloop van Cleveringa. Waar haalde hij de moed vandaan om op te staan? Waren het zijn op vrijheid gerichte Gronings-Friese aard en opvoeding? Kwam het door zijn vorming tot een gedegen jurist, met een door Meijers geïnspireerde opvatting over recht en onrecht? En hoe reageerde hij na de oorlog op alle lof die hem werd toegezwaaid? Gesteund door zijn vrouw en door het Leidse universitaire milieu kon Cleveringa zijn hoe hij was: onverschrokken en fijn van geest.
Pieter Slaman, De glazen toren. De Leidse Universiteit 1970-2020, Amsterdam 2021(uitg.: Prometheus)
De Leidse universiteit lijkt de laatste halve eeuw uiteen te zijn gevallen, vooral door schaalvergroting, felle competitie en wetenschappelijke specialisering. Zeven faculteiten, zevenduizend medewerkers en meer dan dertigduizend studenten uit binnen- en buitenland hebben weinig zicht meer op het totaal. Maar wat de duizenden leden van de universitaire gemeenschap met elkaar gemeen houden, is wat zij doen: onderzoeken, onderwijzen, studeren, besturen, bouwen en identificeren.
Met behulp van deze zes facetten van het Leids academisch leven zoekt De glazen toren naar de gezamenlijke ervaringen van vijftig jaar. Hierbij wordt een universiteit zichtbaar die losgelaten werd door haar statelijke hoeder en een open speelveld betrad, vrij en minder beschermd. Daardoor ontstond een noodzaak om een eigen Leidse koers te bepalen. De universiteit vond zichzelf opnieuw uit: groter, ondernemender, internationaler. Maar ze hervond ook veilige ankerpunten in tradities, oude en nieuwe.
Pieter Slaman is onderwijs- en beleidshistoricus, verbonden aan de Universiteit Leiden. Eerder publiceerde hij onder meer In de regel vrij. 100 jaar politiek rond onderwijs, cultuur en wetenschap.
Bart van der Steen, In Leiden moet het anders. Geschiedenis van een SP-afdeling 1970-1982, Hilversum 2019 (uitg.: Verloren)
Met de leus ‘In Leiden moet het anders en anders is de SP’ voerde de SP in 1982 campagne voor de Leidse gemeenteraad. Met succes, want na twaalf jaar actievoeren veroverde de afdeling haar eerste gemeenteraadszetel. Tussen 1970 en 1982 veranderde de SP van een kleine maar enthousiaste groep revolutionairen in een lokaal gewortelde actiepartij.
Bart van der Steen reconstrueert alle grote acties en campagnes van de Leidse SP-afdeling in de jaren zeventig en plaatst ze in een bredere context. Hij laat zien hoe de partij zich ontwikkelde, wat het betekende om lid te zijn van de SP en hoe lokale Leidse acties zelfs invloed hadden op het landelijke beleid. De geschiedenis van de Leidse SP maakt duidelijk hoe belangrijk de afdelingen waren voor de doorbraak van de partij.
Cultuur Leiden WetenschapSleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907