Woorden als ‘duku’, ‘pata’ en ‘kaolo’ uit het Surinaams – het Sranantongo – worden al langer gebruikt, maar er was eigenlijk geen goed woordenboek voor. Een groep Leidse taalwetenschappers is nu een online woordenboek begonnen dat sinds kort online staat. De initiatiefnemer is Fresco Sam-Sin. “Ik vind het belangrijk dat het Sranantongo voor een breed publiek toegankelijk is om te kunnen raadplegen, maar ook om er woorden aan toe te voegen.” Het is de taal die in Suriname naast Nederlands het meest wordt gesproken. De taal wordt de laatste jaren steeds populairder bij jongeren, die het vaak horen in muziek.
Kenki.nl is nu een week online. “We zijn gewoon maar begonnen”, legt Sam-Sin (40) uit. “Ik denk dat er veel behoefte aan is. Er waren wel woordenboeken van papier, dus dat wat betreft zijn we niet zo uniek met wat wij doen. Wat dit uniek maakt is dat de gemeenschap van sprekers echt kan bijdragen aan dit online woordenboek. Dat mist nu nog. Want je ziet nu dat er heel veel nieuwe woorden bijkomen maar dat er ook nog veel woorden ongedocumenteerd zijn gebleven.”
De taalwetenschappers willen met het online woordenboek kenki.nl zoveel mogelijk woorden uit Sranantongo uit de gemeenschap halen en bewaren. Op de site heeft de gebruiker ook de mogelijkheid om zelf een woord toe te voegen, waardoor een ‘levend’ woordenboek ontstaat. Volgens Sam-Sin staan er nu rond de 5.000 woorden en uitdrukkingen online. “Maar dat kan makkelijk vier keer meer worden.”
Sam-Sin vindt ook dat het woordenboek gewoon nodig is. “Er zijn heel veel woorden die bijvoorbeeld mijn oma van 94 gebruikt die je niet meer zo veel hoort. En jongeren weten dan misschien niet wat ze bedoelt. Dan is het eigenlijk onze bedoeling dat ze dan meteen gaan opzoeken wat die ‘vergeten’ woorden betekenen. En als ze er niet in staan, dan kunnen we ze toevoegen.”
Jongerencultuur
Sam-Sin ziet ook dat het Sranantongo steeds meer zijn weg vindt in het taalgebruik van met name jongeren. “Dat heeft te maken met het feit dat we heel veel Surinaams tegenkomen in de populaire cultuur. Vroeger dacht men dat Surinaams een accent was en er was er heel weinig kennis over. Maar nu zie je dat rappers, zangers en ook jongeren op straat het steeds meer gebruiken.”
Gekwebbel
Daardoor weten volgens Sam-Sin steeds meer mensen dat het een eigen taal is. “Bovendien realiseren de sprekers van de taal dat het een taal is waar je trots op kan zijn.” Toch was die trots lang ver te zoeken want de taal stond in Suriname te boek als ‘niet netjes’. Het was een taal die men niet goed genoeg vond om te gebruiken in een serieuzere setting. Het werd ’taki taki’ genoemd, wat zoiets betekent als ‘gekwebbel’. “Dat is nu wel anders”, weet Sam-Sin. “Je ziet het steeds meer voorbij komen in journaals maar ook in het parlement hoor je het steeds vaker, meestal in een mix met Nederlands. Dat was een tijdje geleden ondenkbaar.”
Zelf vindt Sam-Sin het een prachtige taal. “Het is een samenkomst van verschillende talen en is eigenlijk een levend museumstuk over wat er is gebeurd in onze geschiedenis. En het is het bewijs van hoe mensen die elkaar niet verstaan op die plantages in hele korte tijd met elkaar een taal ontwikkelen zodat ze konden communiceren met elkaar.”
Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907