Kasteel Duivenvoorde in Voorschoten is weer open

Wie Landgoed Duivenvoorde in Voorschoten op komt rijden, ziet de vlag al hangen met daarop de aankondiging van de nieuwe tentoonstelling ‘Buiten op Landgoed Duivenvoorde’. Woensdagmiddag werd de vlag gehesen door de burgemeesters van Voorschoten, Wassenaar en Leidschendam-Voorburg. Het Kasteel is weer open.

“Weinig mensen weten dat Duivenvoorde meer is dan alleen het kasteel”, zei directeur Antoinette van Dorssen. “Het is een echt landgoed met ruim 260 hectare grond rondom het kasteel. Die ligt op het grondgebied van Voorschoten, Wassenaar en Leidschendam-Voorburg, vandaar dat we zowel burgemeester Nadine Stemerdink van Voorschoten, als Leendert de Lange van Wassenaar en loco-burgemeester Marcel Belt van Leidschendam-Voorburg hebben uitgenodigd.”

Directeur Antoinette van Dorssen

Om te laten zien hoe ver het landgoed zich echt uitstrekt zijn er ook op de vier grenzen een vlag gezet. Eentje aan de Wassenaarse kant, bij Haagwijk, langs de Veurseweg en op de Horstlaan, bij de spoorweg. ‘Bezoekers die langs lopen of fietsen kunnen dan zien waar het landgoed begint.’

Binnen is onder andere een bijzondere collectie kaarten en tekeningen van tuinontwerpen te zien. Verder wordt getoond hoe de familie er leefde en er is aandacht voor het vele werk dat het personeel uitvoerde. Er zijn verder foto’s, jurken, schetsboeken en bijna honderd andere persoonlijke objecten uit de familiecollectie die nooit eerder aan het publiek werden getoond. Ook staan er panelen met de ontwikkeling van de tuinen en het landgoed tot op de dag van vandaag.

Buiten zijn er verschillende activiteiten die het historische verhaal van de tuinen vertellen. “Voor de families op Duivenvoorde waren landgoed en kasteel onlosmakelijk met elkaar verbonden’, vertelt conservator Simone Nieuwenbroek. ‘Het was een plek van macht en invloed, maar ook van plezier en verpozen, met name in de zomer. De moestuin zorgde voor voedsel in de kasteelkeuken en de pachters (die vaak generaties lang aan het landgoed verbonden waren als families Kriege, Van Santen en zelfs Van der Valk) en het hakhout voor de inkomsten én werkgelegenheid. In de tentoonstelling worden deze functies van het landgoed aan de hand van familieverhalen belicht.”

Conservator Simone Nieuwenbroek

“Op vijf plekken in het wandelpark staan informatiepanelen met historische verhalen. Zoals onder andere ook bij het paardenkerkhof, waar meer informatie te lezen is over het belang van paarden op het landgoed.”

Het spoor wordt niet vergeten. Dankzij Jonkheer Nicolaas Johan Steengracht heeft Voorschoten een station, dat stelde hij als voorwaarde toen de rails over zijn land kwam te lopen. De Jonkheer bedong ook dat als hij zelf wilde opstappen, de trein moest stoppen bij de rode vlag die een bediende daar neerzette. De vlag is ook te zien op het bijbehorende informatiebord. Alle borden hebben een QR-code met een link naar de website voor meer informatie.

Er zijn wandel- en fietsroutes uitgezet en de hondenkennel van de jachtsopzienerswoning is terug net als de roeiboot in de voorvijver. Ook is de plek te zien waar Kasteelheer Hendricus Adolphus Steengracht rond 1900 een verharde tennisbaan liet aanleggen. Daar was hij één van de eersten mee in Nederland. De baan is verdwenen maar de plek is gemarkeerd.

“Vandaag de dag gaan zaken voor een groot deel nog precies zoals honderd, tweehonderd, vijfhonderd jaar geleden”, zegt Simone. “Nog steeds vormen huis en landgoed een geheel en nog steeds komt het grootste deel van de inkomsten uit het landgoed, de pacht en het hakhout. Nog steeds ook worden de met liefde geteelde groenten en fruit uit de moestuin gebruikt op het huis. Niet langer in de kasteelkeuken, maar wel in de landgoedwinkel.’

En voor wie wel eens met eigen ogen wil zien hoe het er aan toe gaat op het Kasteel, worden er meewerkdagen met de buitenvrijwilligers georganiseerd. Op de website van het kasteel zijn de data van deze dagen te vinden.

Meer informatie over alle activiteiten op kasteelduivenvoorde.nl.

Voorschoten