De boekhandel ligt er vol mee: vertalingen van boeken die oorspronkelijk in een andere taal zijn geschreven. Hoewel Nederlanders veel Engels lezen, worden veel Engelstalige boeken naar het Nederlands vertaald. In Sleutelstad Cultuur vertellen literair vertalers Hilje Papma en Marlies Weyergang over de uitdagingen waarvoor ze kwamen te staan bij de Nederlandse vertaling van de vuistdikke, op en top Britse roman Caledonian Road van Andrew O’Hagan.
Literair vertalen is een hele kunst. Hoe laat je de stijl van de auteur in stand maar maak je de tekst ook toegankelijk voor de Nederlandse lezer? Neem alleen al de eerste zin. Die is heel belangrijk want moet de lezer die het boek openslaat onmiddellijk bij de strot grijpen. Maar zinsconstructies uit het Engels kunnen vaak niet in het Nederlands. “We hebben onze hersenen gepijnigd,” vertelt de Leidse Papma. “Hoe roep je het beeld op bij de lezer dat de schrijver voor ogen heeft gehad, terwijl je ook typisch Britse details moet uitleggen?” Weyergang verzucht: “Nog steeds denk ik wel eens bij sommige keuzes die we hebben gemaakt ‘had het niet toch anders gemoeten’? Maar we hadden geen tijd om keuzes uit te stellen.”
Tijdsdruk
De Nederlandse vertaling van het boek van O’Hagan moest vrijwel gelijktijdig met de publicatie in Engeland uitkomen. De twee vertalers hadden dus amper drie maanden de tijd voor de ruim 600 pagina’s die het boek telt, en dat naast hun andere werk. “Vertalen wordt heel slecht betaald, dus we kunnen er niet van leven”, vertelt Weyergang. “We hebben de afgelopen maanden weinig vrije weekenden gehad”, zegt Papma met gevoel voor understatement.
Vak
De twee vertalers hebben alle twee een loopbaan in de communicatie, toevalligerwijs beiden na een studie Arabisch. Papma: “Ik heb taal altijd leuk gevonden, zelfs op school al: dat gepuzzel aan een vertaling uit het Latijn of Grieks. En de schoonheid van taal. Op een bepaald moment wilde ik me verder ontwikkelen en besloot de Vertalersvakschool te gaan doen. Daar kwam ik Marlies tegen.” Weyergang: “Toen ik gevraagd werd voor de vertaling van dit boek van O’Hagan dacht ik meteen aan Hilje. Het is een te grote kluif voor één persoon. Maar ook wil je kunnen overleggen, elkaars feedback hebben op de ingewikkelde keuzes die je moet maken. O’Hagan typeert zijn personages met de taal die ze spreken. Maar hoe vertaal je iemands Schotse dialect naar het Nederlands? Je kunt hem geen Fries laten spreken, dat zou heel raar zijn.”
Rijke roman
Het boek Caledonian Road (de Nederlandse vertaling draagt dezelfde titel als de Engelse editie) begint in 2021 in Londen. Papma beschrijft: “De corona pandemie loopt op zijn eind en Brexit is een feit. Hoewel de lijst met personages voorin het boek twee pagina’s lang is, draait het verhaal om Campbell Flynn, een succesvolle man van in de 50 die het armoedige milieu van zijn jeugd is ontgroeid en zich nu in de hoogste kringen beweegt.” Weyergang vult aan: “Al vanaf het begin is het de lezer duidelijk dat dingen dreigen te ontsporen. Met ironie schetst de schrijver de goede bedoelingen en de tekortkomingen van zijn hoofdpersoon. Het is een enorm rijk boek. Alles uit onze hedendaagse samenleving komt voorbij. Het verbaast ons niet dat de bewerking van dit boek tot een dramaserie op televisie al in voorbereiding is.”
Zijn de vertalers na deze grote klus al weer bezig met een volgend boek? Weyergang: “Nee, ik neem even een pauze!” Maar Papma is al aan een volgend boek begonnen. “Weer samen, maar nu met een andere vertaler. Ik vind het nu eenmaal geweldig om op deze manier met taal bezig te zijn.”
Het boek Caledonian Road van Andrew O’Hagan is uitgegeven door uitgeverij Prometheus en ligt nu in de boekhandels.
Vertalers Hilje Papma en Marlies Weyergang vertellen over hun hoofdbrekens bij de vertaling van Andrew O’Hagan’s Caledonian Road.
Cultuur LeidenSleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907