Burgemeesters-debat bij Hogeschool Leiden

Wie was uw burgemeester toen u geboren werd? Wanneer wilde u zelf voor het eerst burgemeester worden? Het waren de inleidende vragen van het debat dat donderdagavond werd gehouden tussen Harry Groen en Henri Lenferink bij de Hogeschool Leiden. Het debat was georganiseerd door de eerstejaars communicatiestudenten en werd geleid door Ton van Brussel. Lenferink merkte na een paar jaar als wethouder in Arnhem dat hem het burgemeesterschap wel trok. Groen kreeg de smaak te pakken toen hij als waarnemend burgemeester in Landsmeer aan het werk was.

Beide kandidaten voelen wel iets voor een prestatiecontract voor de burgemeester. Groen is daar heel stellig in: “Als je geen resultaten haalt, moet je weg.” Lenferink formuleert het wat voorzichtiger: “Een goed contract houdt rekening met onvoorziene omstandigheden.” “Dan krijg je dus een pseudo-contract”, vond Groen die wel afgerekend wil worden op zaken als ‘het aantal inbraken omlaag en een betere (fiets)verkeersveiligheid’. Bij dat laatste hoort volgens Groen ook een strengere aanpak van de fietsers zelf: “Het is wat dat betreft redelijk wildwest in Leiden.”

Een discussie over vrije sluitingstijden voor iedereen bracht niet de tegenstelling die gespreksleider van Brussel ervan verwacht had. Waarom studenten langer open mogen blijven dan gewone café’s? Dat is toch een ongelijke behandeling? Lenferink: “Dat komt omdat de studentenverenigingen niet openbaar zijn, daar gelden gewoon andere regels voor. Dan moeten anderen ook maar een vereniging oprichten”. Ook Groen bleek niet te porren voor het volledig vrijgeven: “Hoe kunt u nou van een burgemeester verwachten dat ‘ie de wet raar vindt,” antwoordde hij op de vraag of hij zo’n wet dan niet wilde veranderen.

De burgemeesterskamer dan. Of de kandidaten die flink willen verbouwen als ze gekozen worden. Groen vond hem ‘precies goed’, alleen zet hij er een laptop neer. Ook Lenferink vond dat het wel wat moderner kon in het stadhuis: “Je moet gewoon zoeken naar een internetsaansluiting.” Overigens stuurt wethouder Geertsema juist nu een stuk naar de raad met voorstellen het stadhuis deze eeuw wordt binnengeloods. Het plan voorziet in 150 tot 200 werkplekken met internet en toegang tot de gemeentelijke website via een uitgebreid beheerprogramma, een zgn. Content Management Systeem.

Over regionale samenwerking en gemeentelijke herindeling zijn beide kandidaten duidelijk: “Gedwongen samenwerking is niet aan de orde”, aldus Groen en Lenferink zou Leidse pogingen om alsnog tot een soort Rijnstad te komen ’ten zeerste ontraden’: “De problemen moeten we gewoon samen oplossen.”

De entree van de stad was ook punt van discussie. De aanblik van het stationsgebied bijvoorbeeld. “Ik vind het echt helemaal niks,” zei Groen, die verder niet aangaf hoe het dan wel moest: “Ik ben geen stedenbouwkundige, daar ben ik niet vooor ingehuurd.” Ook Lenferink was niet al te enthousiast. “Ik heb laatst een plan gezien van wethouder Hillebrand met 10 bomen erin. Dat mogen er wel wat meer worden.” Groen bood direct een plan met 20 bomen.Ook de spoorlijn Utrecht-Leiden moest het ontgelden. Lenferink daarover: “Die boemel uit Utrecht schudt alle kanten op, je kunt nieteens wat opschrijven”. Gespreksleider Ton van Brussel: “Het grootste deel van de herinrichting van het stationsgebied is toch echt al achter de rug”. “Dat hebben ze dan goed verborgen gehouden,” vond Lenferink.

Parkeren moet, zo vinden Groen en Lenferink, zoveel mogelijk buiten de singels. Groen: Het centrum moet autoluw worden met voldoende parkeerplaatsen net erbuiten. In een circel om de stad. Lenferink gaat een stapje verder. Wat hem betreft moet Leiden binnen de singels zoveel mogelijk autovrij gemaakt worden. Het transferium vond Groen maar een naargeestige plek en dus niet geschikt als parkeerplaats. “Zoiets hebben we in Amsterdam ook bij de Arena. Mensen durven hun auto daar nieteens achter te laten.” De RijnGouweLijn mag van allebei door de Breestraat.

Het debat eindigde na 1,5 uur met de vraag wat de kandidaten elkaars sterke en zwakke punten vonden. Sterk: Lenferink over Groen: “hij is een goed bestuurder en lijkt echt op een burgemeester.” Groen over Lenferink: “Ik prijs zijn gedetailleerde dossierkennis.” Zwak: Lenferink over Groen: “Dat hij niet makkelijk met gewone mensen omgaat”. Groen over Lenferink: “Dat hij niet makkelijk met niet-gewone mensen omgaat”.

Leiden