Fractievoorzitter ChristenUnie stelt vragen over daklozenbeleid

Naar aanleiding van zijn ervaringen op straat in december stelde fractievoorzitter Mart Keuning van de ChristenUnie Leiden een aantal vragen aan het college over het beleid rond dakloosheid. Met name over het landelijke beleid om illegale daklozen geen opvang te geven kan Keuning zich flink opwinden. “Alsof ze minder mens zijn, omdat ze uit een ander land komen. Het is voor illegalen echt niet minder koud op straat, ofzo. Die mensen mogen nooit opgevangen worden, ik zou niet weten waarom we dat niet kunnen doen. Dit lijkt me het moment voor een klein beetje burgerlijke ongehoorzaamheid van onze gemeente.”

Audiofragment: Mart Keuning windt zich in Nieuws071 op over het beleid rond dakloosheid in Leiden.

Een ander groot probleem dat Keuning bij het college heeft aangekaart is de capaciteit van de daklozenopvang gevestigd in de Binnenvest. “Mensen die op straat leven kunnen niet zo makkelijk de daklozenopvang binnen komen, omdat mensen die er ’s nachts slapen de volgende dag weer voorrang hebben.” Een mogelijke oplossing hiervoor is een vergroting van de doorstroom door meer zelfstandige woonplaatsen voor de daklozen te creeëren. Volgens het college is dit ingewikkeld door de krapte op de woningmarkt. In Leiden moet de schaarste worden verdeeld over meerdere groepen, zoals bijvoorbeeld de jongeren voor wie de dure kamers een probleem is. 

Het college liet wel weten dat de politie de daklozen met rust zal laten als deze geen overlast veroorzaken. Voorheen gebeurde het regelmatig dat daklozen die in openbare ruimtes sliepen weg werden gejaagd. Keuning heeft dit zelf meegemaakt toen hij bij het station met een paar andere daklozen probeerde te slapen. “Dit is eigenlijk een achterhoede-discussie, we zouden het veel beter kunnen hebben over hoe we ervoor zorgen dat ze niet meer op straat hoeven te slapen”, vindt Keuning.

Leiden