Voetgangersbeweging: 'Plan autoluwe binnenstad slecht voor openbaar vervoer'

Leiden autoluw maken lukt alleen maar als er goed openbaar vervoer komt. En dat ontbreekt in de plannen van het stadsbestuur, vindt de Stichting Voetgangersbeweging Nederland. De bereikbaarheid van het hart van de stad holt achteruit als bussen uit de Breestraat verdwijnen en rondom het centrum gaan rijden.

De Voetgangersbeweging is een voorstander van een autoluwe stad maar niet op deze manier. De stichting maakt ernstig bezwaar tegen de voorgenomen omleidingen van veel bussen via Morsweg/Noordeinde of de Hooigracht/Langegracht. Halteplaatsen op de Steenstraat, Nieuwe Beestenmarkt, Prinsessekade en Kort Rapenburg komen te vervallen, de haltes op de Breestraat en Korevaarstraat zullen door aanzienlijk minder bussen worden aangedaan. Lijn 5 vanuit Voorschoten en Zuid-West zal zelfs helemaal niet meer in de binnenstad komen. De loopafstanden nemen daardoor vooral voor kwetsbare burgers onaanvaardbaar toe, schrijft de voetgangersbelangenbehartiger.

Kwartier lopen
De afstand van de nieuwe haltes tot het hart van de stad verdubbelt op zijn minst, heeft voorzitter Boudewijn Leeuwenburgh uitgerekend. Voor reizigers van lijn 5 (Zuid-West en Voorschoten) wordt de loopafstand vanaf de nieuwe halte aan de Morsweg naar de Hartebrugkerk 715 meter en naar de Visbrug zelfs 890 meter gaan worden. Ouderen doen hier een kwartier over. Dat kost hen teveel energie constateert Leeuwenburg in een brief aan het stadsbestuur. Daarbij zijn de wandelroutes allesbehalve geschikt voor voetgangers. Geleide stroken ontbreken, veel trottoirs zijn de smal, en er staan teveel obstakels op in de vorm van vuilnisbakken, fietsen en brommers.

Het argument dat niet alle haltes op de Breestraat worden opgeheven en dat mensen dus altijd al overstappend op de Brestraat kunnen uitkomen deelt Leeuwenburgh niet. “Aan de kant van de Korevaarstraat is er geen goed overstappunt, aan de andere kant zal overgestapt moeten worden op het busstation Leiden Centraal. Voor veel ouders met kinderen en oudere kwetsbare mensen vormt deze overstap een groot bezwaar omdat het busstation, zeker in de avond, als sociaal onveilig wordt ervaren. Bovendien vergroot het de druk op deze nu al overbelaste stationslocatie.”

Reizigers stappen niet over
Sowieso is overstappen geen gewenste oplossing. Uit onderzoek blijkt dat overstappen tot een reizigersverlies van 30 tot 33 procent leidt. Het college bracht ditzelfde bezwaar eerder te berde bij de nieuwe aanbesteding van het openbaar vervoer door de provincie Zuid-Holland. Het Leidse wensenlijstje betrof minder overstappen en regionale lijnen vanaf het station te laten doorrijden naar het centrum. “Het voorliggende plan is hier strijdig mee”, constateert Leeuwenburgh.

Tenslotte wijst Leeuwenburgh op het feit dat het openbaar vervoer stadsdelen veilig houdt. Gebieden waaruit de bus is vertrokken worden vaak als sociaal onveiliger gevoeld. De gemeente zou het openbaar vervoer juist moeten stimuleren. Alleen op die manier kan een autoluwe binnenstad een succes worden, meent Leeuwenburg. En zolang het plan een verslechtering van het openbaar vervoer betekent is de Voetgangersbeweging tegen.

Leiden Maatschappij Politiek