Het hooikoortsseizoen is weer losgebarsten.

Sniffen en snotteren: Hooikoortsseizoen aangebroken

Ongeveer een op de vijf mensen heeft er last van: hooikoorts. Voor die mensen breekt er nu een vervelende tijd aan omdat de grassen weer gaan bloeien. Want ongeveer de helft van de mensen met hooikoorts is allergisch voor graspollen. En laten die nu net dit jaar in grote getalen in de lucht rondvliegen.

Lente, zonnestralen en aangename temperaturen zijn doorgaans een bron van vreugde, maar voor velen brengt de maand mei ook een minder prettige gast. Vooral graspollen zorgen voor irritatie bij wie gevoelig voor hooikoorts is. Met niesbuien, tranende ogen en geïrriteerde luchtwegen als gevolg. Experts waarschuwen dat de concentratie van deze graspollen dit jaar uitzonderlijk hoog kan zijn, dankzij het kletsnatte voorjaar.

Het hooikoortsseizoen barst de komende dagen weer goed los. In mei vieren vooral de graspollen hoogtij. Nemi Dorst, bioloog bij onderzoekscentrum Naturalis, adviseert om plekken met veel gras te vermijden, aangezien de hogere concentratie graspollen dit jaar voor verergerde symptomen kan zorgen. “Zoals hier, in het Kooipark in Leiden. We hebben veel regen gehad en nu het warm wordt, schiet het gras uit de grond. De halmpjes in dat gras verspreiden stuifmeelkorrels in de wind. Daar kunnen mensen die hier gevoelig voor zijn nu veel last van krijgen.”

Is er iets te doen aan dit soort ‘hooikoortsplekken’ als parken en plantsoenen binnen een stad, als het voor zoveel narigheid kan zorgen? “Ik zou aanraden goed te kijken naar welke bomen je precies neerzet”, adviseert Dorst. “We zien namelijk dat er op plekken waar veel gras en veel hooikoortsbomen staan, dat we daar ook echt veel meer pollen in de lucht meten.”

Snotneus
Naturalis en LUMC werken samen aan een onderzoek naar hooikoorts, waarbij LUMC intussen een bomenkompas heeft ontwikkeld. Deze lijst bevat bomen die pollen produceren waar mensen allergisch voor kunnen zijn, waardoor gemeenten beter kunnen bepalen waar ze deze bomen kunnen planten. “Er bestaan genoeg bomensoorten die niet allergeen zijn maar toch voldoende schaduw bieden, wat fijn is in de zomer.”

Ondanks de graspollenallergie, zijn er toch kinderen die volop genieten op en rond het Kooiparkse gras. “Ja, ik heb allerlei hooikoortsdingen. Maar als je niks gaat doen alleen omdat je hooikoorts hebt, kun je ook geen leuke dingen doen”, redeneert een van hen. “Ik heb liever dat ik leuke dingen doe en dat mijn neus een beetje snotterig wordt, dan dat ik niks doe. Dat is geen manier om te leven, vind ik.”

Tips
Hoewel het vrijwel onmogelijk is om contact met graspollen volledig te voorkomen, hier toch een aantal tips om ze zo veel mogelijk te vermijden:
• Check berichtgeving over hoeveel en welke pollen in de lucht zitten
• Gebruik anti-allergiemedicijnen zoals neussprays en oogdruppels op tijd
• Zeewind bevat weinig pollen, een tripje naar de kust kan verlichting geven
• Draag een zonnebril ter bescherming van je ogen
• Was je haar na een dagje buitenlucht
• Smeer vaseline rond je neus, dan blijven de pollen daar (goeddeels) in plakken

Toename
Het is schering en inslag, zo lijkt het: hooikoorts. Is er misschien een toename van mensen met klachten? Volgens Arjen Speksnijder, hoofd van het gezamenlijke lectoraat van Hogeschool Leiden en Naturalis, zijn daar zeker indicaties voor. “Ook omdat we steeds in een schonere maatschappij leven. Dat noem je de ‘hygiënehypothese’: als je heel schoon leeft, kom je niet in aanraking met allerlei dingen om je heen zodat je immuunsysteem een beetje achterblijft. Dat lijkt wel aan de hand te zijn, doordat we dus steeds schoner leven.”

Hij benadrukt dat definitief wetenschappelijk bewijs hiervoor ontbreekt. “Het zou ook kunnen dat mensen zich gewoon meer bewust zijn geworden van hun gezondheid en zich daarom bijvoorbeeld vaker laten testen. Ook de registratie is verbeterd.” Ook is er een verschil tussen stad en platteland. “Dat is wel aangetoond. Kinderen die op boerderijen opgroeien, lijken minder vaak allergieën te ontwikkelen dan kinderen in stedelijke gebieden. Dit verschil kan echter ook te maken hebben met factoren als luchtvervuiling in stedelijke gebieden en verschillende voedingspatronen”, zegt Speksnijder. “Het is nooit een hard en vast gegeven, maar er zijn zeker indicaties.”

Leiden Maatschappij Regio Wetenschap


Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden

E-mail
redactie@sleutelstad.nl

Telefoon Redactie
071 - 5235907

Privacy Policy

×