Discussie over cameratoezicht laait weer op

Er gaat bijna geen jaar voorbij of de gemeenteraad buigt zich over het al dan niet invoeren van cameratoezicht. Ook nu laait de discussie weer op. Zowel het CDA als de VVD drongen er afgelopen week opnieuw op aan om camera’s op te hangen in het centrum. Bijvoorbeeld op de Haarlemmerstraat. “Dan zijn er daar ook geen rolluiken meer nodig,” vond VVD-raadslid Frederik Zevenbergen.  Die rolluiken zijn de gemeente al langer een doorn in het oog. Ze verhogen het gevoel van onveiligheid en zijn bovendien ontsierend. Peter Labrujère van de Stadspartij Leiden Ontzet had daar een alternatieve oplossing voor: “Laat iemand alle rolluiken om 8.00 uur opendoen en om middernacht weer sluiten.” Dat idee kan in elk geval op sympathie rekenen bij het college.

De tegenstanders van cameratoezicht roerden zich ook weer en blijven zich er fel tegen verzetten. D66, GroenLinks en de PvdA zien er niets in. Uitzondering is mogelijk het Papegaaisbolwerk, maar alleen als de politie een notitie opstelt waaruit blijkt dat dat goed onderbouwd kan worden. Zo’n onderzoek loopt al en zo nodig kan burgemeester Lenferink zelfstandig besluiten dat de camera’s daarkomen. De bevoegdheid om in een beperkt aantal gevallen camera’s in te zetten kreeg hij eerder al van de raad.

Leferink zelf hield nog maar eens een vurig pleidooi voor de invoering van actief cameratoezicht. Met name in het uitgaansgebied ziet hij ze graag in het straatbeeld verschijnen. “Desnoods worden ze alleen tijdens de uitgaansuren ook echt aangezet,” zo probeerde hij de tegenstanders tegemoet te komen. Vooralsnog zit er echter weinig beweging in de standpunten van de voor- en tegenstanders in de raad, dus keert de discussie ongetwijfeld binnen afzienbare tijd terug op de agenda.