Burgemeester Emile Jaensch van Oegstgeest is afgelopen week twee keer ontsnapt aan het alles verzwelgende water in België en Duitsland. Hij was met zijn dochters op vakantie in het Belgische Spa en reed later door naar het Duitse Bottrop. Hieronder zijn relaas, dat leest als een spannend jongensboek. Als het niet zo triest zou zijn voor alle getroffen bewoners.
“We hebben een paar aardige dagen achter de rug in het Belgische Spa als het aanhoudend begint te regenen. De afgelopen week was ik met mijn dochters in het gebied waar dorpen en steden zijn ondergelopen. Dinsdagmorgen staan mensen vol ongeloof te kijken naar het wassende water dat het stadje Spa instroomt. Daarna zien we het door de straten golven. En vervolgens is er een verwoestende bruine stroom die alles mee neemt. We zijn ons pas uren later bewust van de ernstige gevolgen. We wisten dat het fors zou gaan regenen. Maar er was eerder deze week geen waarschuwing voor rampspoed.”
Toen het eerste water in Spa uit de putten omhoog kolkte en over de straten stroomde, dacht ik bewoners te helpen met het binnenhalen van de bakken voor GFT-afval die weg dreigden te stromen. Al snel wordt deze klus ingehaald door een aanzwellende vloed. Hier is geen beginnen meer aan. Auto’s komen onder water te staan. Winkeliers en horecaeigenaren sluiten beteuterd hun deuren. Ze zien dat zandzakken niet meer werken. Bewoners van de laaggelegen Rue entre les Ponts komen via de ramen hun huis uit met tassen, om te vluchten naar een hoger deel van de stad.
Dan gaat mijn telefoon. De eigenaresse van ons vakantiehuis belt: het is een catastrofe, roept ze luid in het Frans. We weten dat het serieus is en pakken snel onze spullen en maken ons klaar om te vertrekken. Sirenes zwellen aan. Politie en brandweer komen massaal toegesneld. De stad wordt afgesloten voor verkeer. Kunnen we er nog uit? Nerveus rijden we door het stadje. De routeplanner negeren we. We zien in allerlei zijstraten het water aanzwellen. We volgen andere auto’s die op zoek zijn naar een uitgang. We kunnen Spa ternauwernood verlaten via een weg die is veranderd in een rivier.
We rijden in de stromende regen de heuvel op en zien een file van voertuigen die de stad, bekend van de bronnen, niet meer in kunnen. Onze volgende bestemming is Bottrop in Duitsland. We maken volgens planning een tussenstop in een plaats in de Eifel die we nog niet kennen maar volgens de reisgids een schilderachtige oude binnenstad heeft; Stolberg. Via Verviers en Eupen passeren we de Duitse grens bij Aken.
De regen is ondertussen wat minder intensief. Met enige opluchting maken we ons klaar voor een bezichtiging en koffie met taart bij een lokale Konditorei. Op weg naar de Altstadt, zien we de beek die door Stolberg stroomt aanzwellen. Ook hier? Mensen doen hun boodschappen, maken praatjes op straat. Niks wijst op een aanstaand drama. Wij vervolgen onze wandeling. Op een rots ligt het kasteelcomplex dat dateert uit de 12e eeuw. De burcht wordt in de grauwe lucht omsloten door kleine straatjes met vakwerkhuizen. Boven gekomen zien we de kronkelige stegen van het oude stadje.
Maar die pracht wordt ruw verstuurd door de sirenes van brandweerwagens. Ze beginnen met het uitrollen van slangen om kelders leeg te pompen. Daarna zien we ze een brug afzetten met roodwit lint. En een paar minuten later rijdt de politie door de straat: ‘Achtung, Achtung’ klinkt het dreigend, we moeten de binnenstad met spoed verlaten. De Vichtbach, die door Stolberg stroomt dreigt buiten zijn oevers te treden. Winkels en horeca sluiten hun deuren. Op een holletje stappen we naar onze auto. We verlaten een stad waarvan we voelen dat er weldra veel verdriet is over schade. Van slachtoffers zijn we ons dan nog niet bewust.
We rijden een route via de Autobahn naar het noorden. We houden de radio aan voor verkeersberichten. Steeds meer wegen worden afgesloten. Dan horen we voor het eerst de omvang van de catastrofe. Inmiddels zijn er doden te betreuren en vele vermisten. We zitten in het oog van een ramp van internationale omvang. Het wordt stil in de auto. We hebben er gelukkig maar een fractie van meegekregen.
Als we later die middag naar filmpjes op internet kijken, zien we de echte klap. Dorpen zijn verwoest, het aantal dodelijke slachtoffers loopt snel op en steeds meer mensen worden vermist. De dagen daarna zien we de onvoorstelbare ravage van het krachtige water dat velen heeft overvallen in Duitsland en België en iets later in Limburg. De treurende gezichten maken diepe indruk op ons. We denken aan de duizenden mensen die zijn vertrokken uit hun huis of zaak en niet weten wat ze zullen terugvinden. Wat een drama moet dit voor deze mensen zijn.
We worden ook geraakt bij het zien van de beelden van de dorpjes rond Spa die we eerder deze week nog hebben bezocht en waar we wandelden langs schilderachtige stroompjes. We zien een overspoelde loopbrug in Stolberg waar we die dag over liepen. Hadden we dat dan niet moeten doen, vraagt mijn jongste dochter. Er gingen toch meer mensen over heen? Het geeft aan hoe verrast we waren met deze vloed.
We kennen de kracht van het water. Op een eerdere vakantie in Vietnam zaten we dagen vast op een eilandje door een tyfoon, die had huisgehouden in het noorden van het land. Het kostte een week om daar weg te komen en via veel omwegen de hoofdstad te bereiken. Onderweg zagen we de kracht van modderstromen die dorpen en wegen hadden weggevaagd. Maar dat was ver weg. En nu is het niet ver van huis.
We pakken onze tassen om zo te vertrekken naar Zeeland. Daar wordt nog jaarlijks de watersnood van 1 februari 1953 herdacht. Die vloed resulteerde in een groot Deltaplan om het water te beteugelen en om droge voeten te houden. Ik ben benieuwd hoe we over pakweg twintig jaar terugkijken op de ‘Hochwasserkatastrofe’. Wat is er dan gedaan om dit tij te keren?
Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907