Leiden zet stap in tegengaan straatintimidatie met 'Wensen en Grenzen'-aanpak

“Hey babe, kom hier! Je laat me spuiten!” of “Seks in ruil voor een pizza?” Het zijn voorbeelden van kreten die naar vrouwen in Leiden worden geroepen, gedeeld op het instagramaccount ‘Catcalls of Leiden’. Het account is gestopt, maar straatintimidatie zeker niet. Landelijk, maar ook op gemeentelijk niveau staat dit probleem op de politieke agenda. In Leiden werd  afgelopen donderdag de langverwachte ‘Wensen en Grenzen in Leiden’-aanpak gepresenteerd.

Straatintimidatie omvat alle ongewenste uitlatingen op een openbare plek. Dit is bijvoorbeeld achtervolgd, nagefloten of nageroepen worden. Dit laatste staat ook wel bekend als ‘catcalling’. Uit onderzoek van het CBS bleek dat in 2021 twee op de drie vrouwen weleens werd lastiggevallen op straat. Dit leidt ertoe dat veel vrouwen en meisjes zich onveilig of bang voelen. Volgens Plan International geeft 63 procent van de meisjes tussen 15 en 25 jaar aan dat straatintimidatie hun bewegingsvrijheid beperkt.

Roeland van Wely in gesprek met wethouder Abdelhaq Jermoumi over het Leidse programma ‘Wensen en Grenzen’ tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag.

Landelijk probleem
Sinds een aantal jaar staat straatintimidatie op de politieke agenda. In Amsterdam en Rotterdam werd zelfs een sisverbod ingesteld, maar de gemeenten werden teruggefloten door het Gerechtshof in Den Haag. Het verbod ging tegen de vrijheid van meningsuiting in. In 2022 is het strafbaar stellen van straatintimidatie in gang gezet. Hierdoor krijgen gemeenten uiteindelijk meer mogelijkheden om gericht te handhaven. Maar zo lang het wetsvoorstel nog niet door de beide kamers is, kunnen ze hier nog niet op handhaven. Want zonder wettelijke grondslag, is dat niet mogelijk. Bovendien is ook het bewijzen van zo’n strafbaarstelling lastig. Daarom dringt de overheid ook aan op onderzoek naar en voorlichting over straatintimidatie aan scholieren en politie.

Situatie Leiden
Al begin 2020 vroeg de VVD om een actieplan omtrent straatintimidatie. Destijds zag het college daar geen aanleiding voor en vond dat de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) voldoende mogelijkheden bood om er tegen op te treden. In de jaren daarna is de aandacht voor straatintimidatie gegroeid, mede door verschillende acties en uitkomsten van onderzoeken.

In 2022 vroeg de VVD, samen met de PvdA, opnieuw om een plan. De partijen deden daarbij verschillende concrete suggesties over bewustwording, handhaving en fysieke maatregelen. Nu, begin 2024, wordt het actieplan gepresenteerd. Alyssa Voorwald, raadslid van de VVD Leiden, laat weten blij te zijn met het plan: “Ik denk dat er – eindelijk – een mooi plan ligt als startpunt om te werken aan straatintimidatie.” Ook de partij Studenten voor Leiden (SVL) hield zich de afgelopen tijd bezig met het onderwerp. SVL-raadslid Elianne Wijnands reageert dan ook positief: “We zijn absoluut nog niet klaar, maar de aanpak is een goed begin.”

Wensen en Grenzen
De Leidse aanpak is een implementatie van het Nationaal Actieprogramma grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld, dat in januari 2023 werd gepresenteerd door de Rijksoverheid. “Hiermee voldoet Leiden ook aan de doelstellingen van het programma Veilige Steden”, vertelt wethouder Abdelhaq Jermoumi (kansengelijkheid, jeugd en onderwijs).  Sinds 2022 is Leiden onderdeel van dit programma, dat zich richt op het veiliger maken van steden voor vrouwen en meisjes. Onder deze aanpak valt ook seksuele straatintimidatie, maar straatintimidatie zonder seksuele aard niet.

De aanpak heeft drie pijlers: inzicht in aard en omvang, preventie en bewustwording en hulpverlening. Op het gebied van inzicht wordt verwezen naar monitoren zoals de Veiligheidsmonitor. In deze monitor zijn vragen over straatintimidatie opgenomen. Volgens wethouder Jermoumi heeft stichting Rutgers al laten zien dat het probleem groot is. “Maar hoe zit het nou precies in Leiden?” Op het gebied van preventie en bewustwording omtrent straatintimidatie ligt de nadruk op publiekscampagnes en voorlichting. Wat betreft hulpverlening wil de gemeente inzetten op het bevorderen van deskundigheid bij professionals en het overzichtelijk maken van hulp. Wethouder Jermoumi: “Zodat mensen die het overkomt, weten waar ze zich kunnen melden en welke organisaties ze kunnen helpen.”

Veelkoppig monster
“We hebben grote ambities”, vertelt Jermoumi. “Maar we gaan het nooit helemaal kunnen stoppen. Het komt helaas voor. Onderzoek heeft aangetoond dat daders ook bekenden kunnen zijn. Het kan gebeuren op de studentenvereniging, sportvereniging of bijvoorbeeld binnen de familie.” Hij noemt het probleem omtrent grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld dan ook een ‘veelkoppig monster’. “Maar ik ben blij dat we hier in Leiden erkennen dat het probleem er is, en er een aanpak voor hebben samen met de vele organisaties in de stad”, voegt hij toe.

Voorlichting
In de aanpak wordt gefocust op voorlichting aan kinderen en jongeren via GGD Hollands Midden. Zowel Voorwald als Wijnands zijn voorstanders van voorlichting op scholen. “Het is belangrijk om het gesprek er over te voeren en te bespreken wat grenzen zijn en hoe je die aangeeft. Niet alleen op school, maar juist ook thuis als ouders”, zegt Voorwald. Wijnands voegt daaraan toe: “Je kunt niet vroeg genoeg beginnen, zodat je die benodigde cultuurverandering teweeg kunt brengen.” De vraag rijst of hiermee de juiste doelgroep wordt bereikt. Het zijn waarschijnlijk niet scholieren die zich schuldig maken aan intimiderend gedrag. Toch heeft dit volgens Wijnands een preventieve werking: “Het zet mensen aan het denken, wat bijdraagt aan bewustwording. Het blijft lastig, maar dit is in ieder geval een mooi begin.”

Bewustwording
Ook bewustwordingscampagnes spelen een grote rol. Komend jaar zullen de ‘Ben je Oké’-posters en billboards weer overal in Leiden te zien zijn. “Die campagne richt zich vooral op omstanders. Als je iets ziet wat er niet oké uitziet, vraag het dan even”, vertelt Wijnands. De campagne richt zich op het reageren op en omgaan met een vervelende situatie, maar voorkomt daarmee niet de situatie zelf. Volgens Voorwald kan ook dit preventief werken: “Zo’n campagne prikkelt mensen om vragen aan elkaar te stellen en aandacht te hebben voor het onderwerp. Ik heb zelf ook gemerkt dat het nu een actueel onderwerp is. Bijvoorbeeld doordat mannelijke vrienden mij vragen of ik ook wel eens zoiets vervelends heb meegemaakt.”

Fysieke omgeving
Een van de concrete suggesties die de VVD en PvdA hadden voor de aanpak, heeft te maken met de fysieke omgeving. Volgens Voorwald gaat dit niet alleen over veiligheid, maar ook over veiligheidsbeleving. “Het gaat om praktische dingen, zoals genoeg verlichting in donkere stegen en het weghalen van bosjes die het zicht ontnemen”, legt ze uit. In het plan wordt gesproken over de aanpak vanuit Veiligheid waarbij straatintimidatie wordt tegengegaan en de sociale veiligheid in de ruimte wordt verbeterd. “Dat lijkt mij een goede aanleiding om ons als VVD in de raad in te zetten voor het veiliger maken van locaties. Bijvoorbeeld met het strategisch plaatsen van meer verlichting. Hopelijk kunnen we de aanbevelingen van de stadscriminoloog hier goed bij gebruiken.” Voorwald verwijst hier naar Marianne Franken. Dat is de Leidse stadscriminoloog die onderzoek doet naar veiligheid en veiligheidsperceptie.

Meldpunt
Een meldpunt voor straatintimidatie is geen onderdeel van ‘Wensen en Grenzen in Leiden’. Een groot aantal gemeenten heeft wél zo’n meldpunt. Volgens Wijnands voegt een meldpunt niet zoveel toe: “Er bestaan verschillende gespecialiseerde organisaties met meldpunten. Bijvoorbeeld het Centrum Seksueel Geweld. Zij zijn getraind om je te woord te kunnen staan.” Het is vooral belangrijk je te realiseren wie je aan de lijn krijgt: Een boa? Of een medewerker van de gemeente? Die zijn niet getraind om dergelijke meldingen af te handelen.” Ook Voorwald is geen voorstander van een meldpunt: “Ik merk dat er soms een grote neiging is om een meldpunt op te richten voor alles wat absoluut niet oké is, terwijl je dergelijke zaken juist bij de politie kan aangeven. Zij kunnen er daadwerkelijk naar handelen. Als mensen niet bij de politie willen melden door slechte ervaringen of door wantrouwen, moeten we juist dát aanpakken en oplossen, in plaats van weer een nieuw meldpunt oprichten.”

Het plan ‘Wensen en Grenzen in Leiden’ wordt dus positief ontvangen. Het enige punt van kritiek van Voorwald gaat over het monitoren van de vooruitgang van het tegengaan van straatintimidatie. In 2023 vroeg ze, samen met onder andere Wijnands, of er een prestatie-indicator opgenomen kon worden in de aanpak. “Die motie is ook aangenomen, maar die indicator mis ik nog.” Ze heeft hierover vragen gesteld tijdens de presentatie. Wethouder Jermoumi gaf aan niet bekend te zijn met de motie, maar hier later nog schriftelijk op terug te zullen komen.

Leiden Maatschappij Politiek


Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden

E-mail
redactie@sleutelstad.nl

Telefoon Redactie
071 - 5235907

Privacy Policy

×