Universiteit onderzocht verschil in repertoires koolmezen

Onderzoekers van de Universiteit Leiden, hebben onderzoek gedaan naar de manier waarop koolmezen die in een stad wonen, hun liedjes samenstellen. Hiervoor vergeleken zij de liedjes van een aantal populaties in zowel steden als bossen. Uit het onderzoek bleek, dat de stadse koolmezen kiezen voor korte, snelle liedjes, waarin veel hoge, en weinig lage frequenties voorkomen.

Een verstandige keuze van de vogeltjes. Stadsgeluiden zijn over het algemeen namelijk laag van toon, waardoor zij de lage zanggeluiden van de koolmezen zouden maskeren. Door de frequentie van de liedjes zo hoog mogelijk te houden, weten zij zich ondanks al het stadslawaai, toch duidelijk kenbaar te maken aan hun soortgenoten. De mannetjes zingen met name om hun territorium af te bakenen en vrouwtjes te bemachtigen. De koolmezen die in het bos leven, laten wel lage frequenties horen en zingen ook langzamere en langere liedjes.