BSO's weer open: 'Fijn als het minder gehaast had gekund'

Er is werk aan de winkel voor de buitenschoolse opvanglocaties (BSO’s). Het bericht van het kabinet dat ze vanaf aanstaande maandag weer open mogen gaan, werd met vreugde begroet. Toch zijn er ook kanttekeningen. Lisa Bregman van BSO De Kinderhaven vat de stemming samen: “We zijn vooral heel blij, maar het wordt wel even ingewikkeld.”

Nu de BSO’s weer open mogen, moet elke locatie opschrijven hoe iedereen zich aan de coronaregels gaat houden. “Woensdagochtend kwamen er richtlijnen vanuit de brancheorganisatie voor BSO’s”, legt Bregman uit. “Nu moeten we kijken hoe we dat bij ons gaan toepassen.”

Dat moet heel snel gebeuren, vertelt Denise van der Horst van ’t Kweklokaal in de Leidse Stevenshof: “Vrijdagmiddag moet het hele plan naar de ouders verstuurd worden. We hebben dus amper tweeënhalve dag om alles uit te denken. We nemen de gezondheid heel serieus, dus het was fijn geweest als het minder gehaast had gekund.”

Lees het laatste nieuws in het coronadossier van Sleutelstad

Noodopvang
Gelukkig hoeven de BSO’s niet bij nul te beginnen. Jorika Ehrlich, van Kind in Beeld in Leiden-Noord beschrijft de situatie van de laatste maanden: “Toen half december de tweede lockdown begon, bleven we open voor noodopvang van kinderen van wie de ouders een cruciaal beroep hebben. De groep cruciale beroepen was uitgebreid ten opzichte van de eerste lockdown, dus het was een stuk drukker bij ons dan in het voorjaar van 2020.” Ook in het Kweklokaal was het al vrij vol. “De laatste weken kwam al tachtig tot negentig procent van de kinderen bij ons, omdat veel van hun ouders een cruciaal beroep hebben”,  verklaart Van der Horst. “In totaal komen er volgende week door de versoepeling maar negentien kinderen bij, verspreid over de week.”

Voor de noodopvang golden al strikte coronaregels. Kinderen moeten op school zoveel mogelijk met hun eigen klas in een bubbel blijven. Op de BSO is de richtlijn daarom dat ze vooral omgaan met kinderen die bij hen in de klas zitten. Toch zit daar wel wat vrijheid in voor de BSO’s, merkt Ehrlich op. “Volgens de richtlijnen is de sociaal-emotionele veiligheid van de kinderen het belangrijkst. Daarom zetten we ze in hun vertrouwde groep met leeftijdsgenoten, ook als die van een andere school komen. We kunnen niet negenjarigen bij de kleuters zetten omdat die toevallig op dezelfde school zitten, dat is voor niemand leuk.”

Praktische problemen
Ook fysiek zijn de richtlijnen onhaalbaar bij Kind in Beeld, want er komen kinderen van zes verschillende scholen en er zijn maar drie lokalen. Bij het Kweklokaal is dat probleem nog groter. “Wij krijgen kinderen van zeven scholen, en we hebben drie ruimtes”, schetst Van der Horst haar probleem. “Bovendien mogen de kinderen wel door elkaar gaan sporten en naar zwemles, dus wat heeft het dan voor nut om ze op de BSO uit elkaar te houden? Dat voelt heel krom.”

De richtlijn biedt ruimte op het gebied van sociaal-emotionele veiligheid en praktische haalbaarheid, maar er zijn nog wel andere problemen. “Wij bestellen de warme maaltijden altijd twee weken van tevoren”, merkt Ehrlich op. “Nu zijn er dus kinderen die volgende week wel mogen komen, maar geen maaltijd hebben.” Wat er moet gebeuren bij een besmetting, weet ze ook niet precies. “Het is ons nog niet duidelijk of alle kinderen uit het betreffende BSO-groepje dan in quarantaine moeten. En mijn ervaring is dat de GGD dat ook niet altijd precies weet. Het is natuurlijk een enorme crisis met steeds nieuwe ontdekkingen, dus de regels zijn niet altijd helemaal duidelijk.”

Fysiek
Van der Horst voorziet vooral administratieve problemen: “We gaan open in de laatste week voor de meivakantie. Onze planning voor de komende drie weken was al klaar. Nu moeten we al onze plannen weer bij gaan stellen.” Bregman is daar wat optimistischer over: “Wij hebben ons vakantieprogramma al af. Dat zou alleen voor de kinderen in de noodopvang zijn, en voor de andere kinderen deden we dan nog iets via internet. Nu mag iedereen er lekker fysiek bij zijn.”

Ondanks alle moeilijkheden overheerst het optimisme. “We zijn echt heel enthousiast en blij!” zegt Bregman, en Van der Horst beaamt dat: “We zijn hier heel blij mee. De BSO’s verdienen positieve aandacht, want we hebben heel hard gewerkt voor de noodopvang.” Ehrlisch sluit zich hierbij aan: “Voor ouders en kinderen is het fijn dat we zo snel al open kunnen. Al was het voor de organisatie makkelijker geweest als we wat meer voorbereidingstijd hadden gehad.”

Maatschappij Regio Coronacrisis