Het coronavaccin van het Leidse bedrijf Janssen lijkt de hoge verwachtingen te gaan waarmaken. Recente onderzoeksresultaten voeden de hoop dat dit vaccin vanaf eind maart een verlossende rol kan spelen. Dat is hopelijk net op tijd om een derde piek van ziekenhuisopnames en sterfgevallen te stuiten.
Het Leidse vaccin biedt “66 procent effectiviteit”, meldden diverse media vrijdag. Dat lijkt op het eerste gezicht geen indrukwekkende score, want de vaccins van Pfizer en Moderna halen scores van rond de 95 procent. Maar wie zijn oor te luisteren legt bij vaccinatie-experts, beseft dat het nieuws over dit vaccin wel degelijk heel positief is.
50 procent is mooi
Het ideale vaccin, dat iedereen voor honderd procent tegen een ziekte beschermt, bestaat niet. Wat je wilt, is dat er veel minder mensen ziek worden. En je wilt dat minder mensen elkaar besmetten, zodat de pandemie kan uitdoven.
Voor griepvaccins geldt 50 procent effectiviteit al als een mooie score. Want dat betekent dat de helft van de ziektegevallen voorkomen wordt, dat anderen minder ziek worden, dat de epidemie snel uitdooft en dat de gezondheidsschade enorm wordt beperkt. Niet voor niets zei viroloog Eric Snijder van het LUMC deze week tegen Sleutelstad dat we “vooraf getekend hadden” als we wisten dat de coronavaccins de 50 procent zouden halen.
Intussen hebben de innovatieve vaccins van Pfizer en Moderna de lat verrassend hoog gelegd. Dat wordt terecht geprezen als een overwinning voor de wetenschap. Maar het is naïef om te denken dat deze twee vaccins de wereld kunnen redden. Er wordt niet genoeg van geproduceerd en ze zijn lastiger in het gebruik.
Werkpaarden
Daarom wachten de EU en Nederland deze winter met smart op het Oxford-vaccin van AstraZeneca en het Leidse vaccin van Janssen. Van die twee zijn miljoenen doses beloofd en ze zijn veel stabieler. Ook op koelkasttemperatuur zijn ze maandenlang goed te houden. Bij transport is geen dikke grootverpakking in piepschuim nodig. Dat maakt verspreiding veel makkelijker.
Van zo’n werkpaard, dat makkelijker en sneller inzetbaar is, kun je best accepteren dat het net geen perfecte bescherming tegen de ziekte Covid-19 biedt. En dat geldt al helemaal, als je weet wat dat ‘net niet perfecte’ in praktijk inhoudt.
Geen sterfgevallen
De 66 procent van Janssen is maar één getal. Het betekent dat wie kort na vaccinatie besmet raakt met het virus, drie keer zo weinig kans heeft om ziek te worden. Maar de ernst van die ziekte blijft daarbij buiten beschouwing.
Kijk je wel hoe erg mensen ziek worden, dan blijkt dat niemand van de 22 duizend proefpersonen na vaccinatie in het ziekenhuis kwam of overleden is. Men was dus feitelijk voor honderd procent beschermd tegen ernstige ziekte.
En er is nog meer goed nieuws. Anders dan het Oxfordvaccin is dat van Janssen ook getest op een groot aantal 60-plussers en zoals eerder al gemeld bleek het daar net zo effectief. Bovendien deed Zuid-Afrika mee aan de proeven en blijkt het vaccin ook effectief tegen de nieuwe variant die daar in opkomst is. De effectiviteit lag daar met 57 procent wel iets lager dan in de VS, maar machteloos tegen de nieuwe variant is dit vaccin dus zeker niet.
Bovendien waren al deze cijfers een tussenstand na 28 dagen. Insiders verwachten op basis van eerder onderzoek dat de immuniteit na die periode nog verder oploopt. Wie dus langer dan een maand na vaccinatie besmet wordt, zou dus nog beter beschermd kunnen blijken.
Versnelling
En dan is er nog de grote troef van het Janssen-vaccin. Je hebt er maar één prik van nodig om die 66 procent bescherming te bereiken. Dat betekent grote winst in vergelijking met het door de EMA goedgekeurde Oxford-vaccin van AstraZeneca, dat pas na twee prikken de 60 procent bescherming haalt.
Als het Leidse vaccin eind maart beschikbaar komt, kan het dankzij die ene prik dus voor een enorme versnelling van de vaccinaties in Nederland zorgen. Ons land heeft er 11,3 miljoen doses van besteld en dat is dus ook genoeg voor 11,3 miljoen inwoners. Bovendien is er nog een optie op een tweede, even grote levering.
Spoorboekje
Na alle negatieve berichten over de vaccinatiecampagne – de trage start, de beperkte leveringen van Pfizer en Moderna en de enorme productieverlaging van AstraZeneca – vormt het nieuws over het Leidse vaccin dus een belangrijk lichtpunt in deze coronawinter.
Wat opvalt is dat Janssen, en vooral het moederconcern Johnson & Johnson, de afgelopen tijd weinig media-aandacht hebben opgeëist. Die geslotenheid leidde in de VS zelfs tot kritiek, maar men onthield zich ook van optimistische voorspellingen die later misschien weer ingetrokken moesten worden.
Die tactiek lijkt nu een voordeel, want sinds november houdt Janssen zich steeds aan hetzelfde spoorboekje. Eind januari zouden de eerste tussenresultaten komen; dat is gisteren gebeurd. De volgende stations zijn: goedkeuringsaanvraag eind februari, goedkeuring eind maart en start van de vaccinaties begin april. Het vergt allemaal geduld, maar het klinkt wel betrouwbaar. Misschien geldt hier wel het motto: “Wat goed is, komt langzaam”.
Herkansing
Voor de Nederlandse vaccinatiecampagne, die met vallen en opstaan heel traag op gang komt, biedt de komst van het Leidse vaccin straks hopelijk een mooie herkansing. Het andere massavaccin, van AstraZeneca lijkt zijn beloftes niet (of vertraagd) waar te kunnen maken, maar met dit middel zouden miljoen Nederlanders snel beschermd kunnen worden tegen het coronavirus. Met maar één prik, dus op dubbele snelheid.
Wil die massavaccinatie straks lukken, dan betekent dat wel dat er elke dag 100.000 tot 200.000 mensen een prik moeten krijgen. Dat is al gauw twintig keer zo veel als wat er nu gebeurt. De minister, het RIVM en de GGD hebben dus nog wel wat werk te doen. Een troost is misschien dat ook onze buurlanden niet echt massaal kunnen prikken totdat de massavaccins beschikbaar zijn.
Bonus
Intussen houdt Janssen ook nog eens een troef achter de hand. Want met één prik biedt het Leidse vaccin al een mooie bescherming, maar waarom zou er later niet alsnog een tweede prik kunnen volgen? Het effect van zo’n tweede prik wordt op dit moment in een groot internationaal onderzoek getest. En het zou zomaar kunnen dat het Leidse vaccin na twee prikken tegen de 90 procent bescherming biedt.
Als de ergste besmettingspiek straks is gestuit, zouden mensen dan alsnog laat in de zomer een tweede prik met dit vaccin kunnen krijgen, met als bonus een bijna perfecte bescherming tegen de ziekte Covid-19. En met die tweede prik lijkt op basis van eerder onderzoek niet al te veel haast te zijn. Want Janssen zelf gaat eerder uit van twee maanden dan van twee weken tussen beide prikken.
Dit artikel past binnen het project “De coronamarathon”, dat wordt ondersteund door het Leids Mediafonds.
Leiden Maatschappij Nieuws Regio Coronacrisis De virus-estafette
Sleutelstad Media
Middelstegracht 87A
2312 TT Leiden
E-mail
redactie@sleutelstad.nl
Telefoon Redactie
071 - 5235907