Toekomstplannen voor Leiden Noord 'mogen prikkelen en uitdagen'

Er staan grote projecten op stapel voor Leiden Noord. De gemeente heeft de afgelopen tijd gewerkt aan een zogenaamd ‘ontwikkelperspectief’, waarin wordt samengevat waar het heen moet met de wijk. Vanaf vrijdag mag iedereen dat bekijken en zijn mening geven. “Plannen mogen prikkelen en uitdagen”, zegt verantwoordelijk wethouder Fleur Spijker. “Dat maakt reacties los, positief en negatief, en dat gesprek is een heel groot goed.”

Het ontwikkelperspectief (pdf) beschrijft hoe de ruimte in de wijk moet worden ingevuld. Daarbij wordt rekening gehouden met leefbaarheid, gezondheid, wonen, groen, mobiliteit, werk en voorzieningen. “Als er meer woningen komen, hebben we misschien ook meer scholen nodig”, geeft Spijker als voorbeeld van de afwegingen die ze moest maken. Als wethouder van duurzame verstedelijking en ruimte is het ontwikkelperspectief haar verantwoordelijkheid. “Eerder hebben we al soortgelijke perspectieven gemaakt voor de Mors en Leiden Zuidwest.”

LEAD
Wethouder Spijker ziet een grote rol weggelegd voor de Tuin van Noord, het groene gebied tussen de Willem de Zwijgerlaan en de Merenwijk. “We willen een tweede groene ring om de stad, een soort Singelpark XL. Door groene stroken moet dat als een soort wiel met spaken verbonden worden met het Singelpark zelf. Door het openbare groen zo te verbinden, maken we het toegankelijk voor iedereen.”

Er staat veel woningbouw gepland in de wijk, met de omstreden torens van LEAD als belangrijkste voorbeeld. Het inpassen van veel mensen op een kleine ruimte gaat volgens de wethouder prima samen met genoeg openbare natuur. “De naburige wijk Nieuw Leyden heeft evenveel woningen als LEAD zal krijgen. Doordat LEAD veel compacter is, blijft er veel meer ruimte over voor groen.” De parkjes komen vooral in openbare binnentuinen die weer verbonden zijn aan de ‘spaken’ tussen het Singelpark en het ‘Singelpark XL’.

Spijker gaat niet in op de kritiek die er is op de de plannen voor LEAD. Omwonenden vrezen verkeersproblemen en horizonbederf, en de Leidse Sport Federatie waarschuwde onlangs dat het nauwelijks haalbaar is om genoeg sport- en beweegruimte aan te leggen voor zoveel nieuwe mensen. De wethouder zegt wel dat de nieuwbouwprojecten ’tijdelijk voor vervreemding kunnen zorgen’. “Pas als de gebouwen af zijn, gaan we het groen aanleggen. Veel mensen zullen dan denken: is dit het nou? Maar dat is niet zo, de mooie afwerking moet dan nog beginnen.”

Moeizaam
De wijk heeft ook zo z’n uitdagingen, weet Spijker uit eigen ervaring. “Ik ben zelf geboren in de Kooi”, zegt ze. “We moeten erkennen dat de Willem de Zwijgerlaan door de wijk loopt. Daar moeten we omheen werken.” Daarom is er in het nieuwe toekomstbeeld naast aandacht voor wonen, ook aandacht voor de levendigheid in de wijk.

Tom van Alphen, voorzitter van korfbalvereniging Pernix, had vorige week nog een gesprek over de plannen met Spijker en sportwethouder Paul Dirkse. “We willen de wijk graag ontwikkelen samen met de bewoners en de verenigingen in de wijk”, zegt Van Alphen. “De gemeente moet het niet alleen doen, maar juist samen met ons.” Hij had de indruk dat de wethouders daar wel oren naar hadden. “Ze hebben geïnteresseerd naar ons geluisterd.” Spijker bevestigt dat: “We hebben de voorbije week nog aanpassingen gedaan op basis van dat gesprek.”

Ze is “ontzettend blij” dat de verenigingen zich roeren. “We gaan samen aan de slag. Plannen mogen prikkelen en uitdagen. Dat maakt reacties los, positief en negatief, en dat gesprek is een heel groot goed.” Ze vindt het jammer dat de participatie moeizaam verliep door corona.

Lange adem
Van Alphen beaamt dat de participatie moeizaam ging, maar wijt het niet alleen aan corona: “Bij een fysieke informatiebijeenkomst kwamen twee mensen opdagen, op een digitale bijeenkomst dertien. Ze zijn ook de wijk ingegaan, maar dat was op een zonnige zaterdagmiddag, dus kwam er maar weinig respons.”

Van Alphen hoopt vooral dat de plannen goed onderling worden afgestemd. “Er komen heel veel mensen bij. Die moeten werken, wonen, maar ook sporten en recreëren. Dat moet allemaal in het gebied passen.” Hij ziet de ontwikkelingen dan ook als een zaak van de lange adem: “Als alles af is, begint het eigenlijk pas. Wie gaat het beheren, en hoe? Hoe houden we het veilig? We moeten zorgen dat er iets heel moois uitkomt.”

Leiden Maatschappij Politiek Heel Noord één tuin